Nieuws
Mogen ambtenaren weigeren het Israël beleid van de Nederlandse regering uit te voeren? Over deze en andere vragen wil Erik Pool, ‘ethiek aanjager’ bij de rijksoverheid, in gesprek met ambtenaren, premier Dick Schoof en minister van Buitenlandse Zaken Caspar Veldkamp.
Pool publiceerde dinsdag het document ambtelijke beroepsethiek in het Israël / Gaza dossier op LinkedIn, als startpunt voor de dialoog die hij voor ogen heeft. ‘Het doel is niet om ander beleid te formuleren’, aldus Pool. ‘Maar ambtenaren zijn verantwoordelijk voor hun eigen handelen. We moeten de morele ondergrens bepalen.’
Pool (63) is sinds 2021 programmadirecteur Dialoog & Ethiek. Dat programma is in het leven geroepen in reactie op het toeslagenschandaal, waarbij burgers zijn vermorzeld door de overheid, mede doordat ethische bezwaren van ambtenaren onder het tapijt werden geveegd. Door kennis over beroepsethiek te delen, en gesprekken op ministeries te faciliteren, probeert Pool met zijn team dit soort misstanden te voorkomen.
Nederland voert een uitgesproken pro-Israëlisch beleid. Tegelijkertijd schendt Israël op grote schaal humanitair- en oorlogsrecht in Gaza, de VN rapporteur voor de bezette Palestijnse gebieden en mensenrechtenorganisaties spreken inmiddels van een genocide en het Internationaal Strafhof heeft arrestatiebevelen uitgevaardigd tegen de Israëlische premier Netanyahu en voormalig minister van Defensie Gallant.
Rijksambtenaren met gewetensnood demonstreren iedere donderdag tijdens hun lunchpauze, en eisen dat Nederland de steun aan Israël terug schroeft. ‘Maak ons niet medeplichtig aan genocide’, staat op hun spandoeken. Het Israël-Gazadossier leent zich daarom bij uitstek voor een ethisch onderzoek, vindt Pool.

Waarom nodigt u de betrokkenen nu pas uit voor een gesprek? De oorlog in Gaza is al ruim een jaar gaande, net als de protesten.
‘Mijn team en ik hebben meerdere gesprekken begeleid op het departement, waarin ambtenaren hun gevoelens en standpunten over het conflict naar elkaar uit konden spreken. Daarnaast heb ik het afgelopen jaar ook concrete voorstellen gedaan aan de top van het departement om mee te denken over een dialoog die emoties overstijgt. Daar zijn ze nog niet op ingegaan.
‘Op LinkedIn herhaal ik die uitnodiging, nu in het openbaar. Ik heb er een redenering aan toegevoegd die de boel een beetje op scherp zet. Ik heb natuurlijk nog geen reactie van Schoof en Veldkamp, maar misschien zet dit de zaken in beweging.’
In zijn redenering stelt Pool dat ambtenaren moreel verantwoordelijk zijn voor hun handelen, ongeacht de ‘politieke opdracht’ van de regering. Hij maakt de vergelijking met de asielnoodwet die het kabinet wilde invoeren, en die het parlement buitenspel zou zetten. Ambtenaren waarschuwden voor het ontbreken van een dragende motivering, de wet is uiteindelijk niet ingevoerd.
‘Wat als dat wel was gebeurd’, schrijft Pool. ‘Zouden ambtenaren dit dwingende noodwetpakket zijn gaan uitvoeren, ook nu zij van mening waren dat de dragende motivering ervoor ontbrak en dit overheidshandelen daarom geen rechtsgrond had?’ Hij wijst erop dat in het Israël-Gazadossier allang sprake is van ‘uitvoering’ van het beleid, en dat dit tot morele dilemma’s leidt bij een deel van de ambtenaren die dit praktisch moeten vormgeven.
U pleit eigenlijk voor een dragende motivering van het Israël beleid?
‘Precies. In de Tweede Kamer steunt een meerderheid het Israëlbeleid, daar speelt de vraag om verdere motivering niet. Maar dat betekent niet dat daarmee het gesprek klaar is. Ook ambtenaren moeten zich afvragen of beleid dragend genoeg is. We worden als ambtenaren geacht binnen de grenzen van de wet en grondwet te opereren.’
Het gaat dus voornamelijk om het juridisch toetsen van beleid?
‘Het is meer dan dat. Ik noem het morele arbeid. Het gaat daarbij uitdrukkelijk niet om persoonlijke ethische bezwaren die een ambtenaar kan hebben bij het Israëlbeleid. Die kun je bespreken met je partner, of met vrienden in de kroeg. Het gaat om beroepsethiek, en daarbij ligt de lat voor ambtenaren bijzonder hoog omdat we het publieke belang dienen.
‘Je kunt je als ambtenaar niet veroorloven om je juridisch en moreel oordeel af te laten hangen van wat in de toekomst een rechter of een Raad van State gaat zeggen. Dan geef je niet thuis tot aan die uitspraak, en dat is een ontkenning van je feitelijke, praktische en ook morele verantwoordelijkheid.
‘Als ambtenaar moet je zelf voortdurend nadenken over je rol. Hoe beweeg je je binnen de grenzen van de wet, hoe dien je de publieke zaak? Dat kan het beste in dialoog met collega’s, zodat die jou kunnen spiegelen op wat je zegt of denkt. Dan kom je samen tot een moreel oordeel dat ieders persoonlijke gewetensvragen overstijgt.’
Wat levert dat op? Politieke besluiten veranderen er niet door.
‘Dit soort gesprekken kunnen bij iedereen tot nieuwe inzichten leiden. Nieuwe inzichten kunnen uiteindelijk ook beleid verbeteren.
‘Alle deelnemers aan een dialoog moeten wel bereid zijn toe te geven dat ze niet de waarheid in pacht hebben. Zelf ben ik me er ook van bewust dat de redenering die ik op LinkedIn heb gezet, niet de enige juiste is. Dat is het mooie van morele arbeid. Je gaat samen een avontuur aan, en je weet het resultaat pas na afloop.
‘In het Israël-Gazadossier lopen de spanningen torenhoog op. Juist door met elkaar op dit niveau in gesprek te gaan, kun je begrip krijgen voor elkaars afwegingen en positie. Dan word je moreel wijzer, en dat komt het werk van de overheid, en dus de samenleving, ten goede.’
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.