woensdag 5 april 2023

Meneer Den Theun kreeg 40 jaar lang een te lage uitkering van het UWV. Is zijn strijd nu ten einde?

 




null Beeld Ilse van Kraaij
Beeld Ilse van Kraaij

ReconstructieJuridisch gevecht

Meneer Den Theun kreeg 40 jaar lang een te lage uitkering van het UWV. Is zijn strijd nu ten einde?

Al veertig jaar strijdt J.P. Den Theun tegen het UWV omdat zijn uitkering te laag is vastgesteld. Twee jaar geleden kreeg hij eindelijk gelijk van de rechter. Maar daarmee is de ellende niet voorbij.

Daan Marselis                                          

“Winnen doe ik deze zaak niet meer”, zegt J.P. Den Theun als hij thee bestelt in een café, vlak bij zijn huis in de Amsterdamse Rivierenbuurt. Net daarvoor is hij binnengelopen, stipt om 10 uur. Een schuchtere lange man met kort grijs haar en blauwe ogen. Naast zijn voeten heeft hij een schoudertas gezet. Daarin zit zijn hele verhaal: vijf gekleurde dossiermappen, een pak papier van meer dan 20 centimeter dik.

Al die documenten bewijzen dat een voorganger van het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) zijn arbeidsongeschiktheidsuitkering te laag vaststelde, dat het UWV weigerde om die fout te herstellen, en dat ambtenaren hem niet geloofden. In die mappen ook de correspondentie met zijn advocaten, de uitspraken van talloze rechtszaken en natuurlijk dat cruciale document waarmee hij kon bewijzen dat hij – toch echt – gelijk heeft.

Nu vecht hij voor genoegdoening. “Ik wil dat ze alle schade vergoeden die me is aangedaan.”

Trouw moet wel aan een aantal voorwaarden voldoen, wil de krant zijn verhaal mogen optekenen. Zijn echte achternaam moet buiten het stuk blijven, zijn voornamen mogen alleen als initialen – hij gebruikt zijn volledige voornamen trouwens ook nooit bij het ondertekenen van alle documenten. Trouw mag de naam van één persoon die hem hielp evenmin noemen. Zijn beroep en de hoogte van de schadevergoeding die hij wil afdwingen, mogen ook niet in de krant. Voor Den Theun verder heel belangrijk: “Ik wil niet dat je schrijft dat ik een slachtoffer ben, want dat ben ik niet. De laatste jaren staan er al genoeg slachtoffers in de krant.”

‘Gelukkig kan ik heel zuinig leven’

Eind jaren zeventig werkte Den Theun in een grote winkel waar hij de leiding had over enkele afdelingen. De sfeer was ‘grimmig’ en hij moest er hard werken, niet zelden meer dan vijftig uren in de week. In 1978 meldde hij zich voor het eerst ziek en niet veel later werd hij definitief arbeidsongeschikt verklaard vanwege enkele lichamelijke en psychische problemen. Hij krijgt een uitkering op grond van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO).

De hoogte van een WAO-uitkering hangt af van het dagloon dat iemand verdiende. Het UWV rekent het uit op basis van het bruto maandloon en het aantal werkdagen. In het geval van Den Theun ging dit mis. Het UWV beschikte niet over de juiste informatie, schreven medewerkers in meerdere brieven. De loonadministratie van het bedrijf bleek gebrekkig, heldere documenten uit de periode halverwege de jaren zeventig waren niet beschikbaar.

Den Theun was 25 toen zijn uitkering begon te lopen. Inmiddels is hij 64. Door de rekenfout van het UWV leefde hij jarenlang onder het bestaansminimum. Soms had hij zo weinig geld dat hij de facturen van zijn arts niet kon betalen, dat benodigde medicijnen buiten zijn bereik bleven en dat hij eigenlijk ook gewoon niet kon rondkomen. Kleding kocht hij tweedehands, hij at erg weinig, soms alleen yoghurt en soep. “Gelukkig kan ik heel zuinig leven”, zal hij er meermaals over zeggen.

‘Het UWV was er altijd’

De eerste keer dat Den Theun de hoogte van zijn uitkering op een bankafschrift zag, klom hij meteen in de pen. Het bedrag was veel te laag. Dankzij oude bankafschriften kon hij aantonen wat hij in de winkel verdiende. In 1983 paste het UWV daarop zijn dagloon naar boven aan, al bleek later zijn bruto-uitkering nog steeds niet te kloppen.

De zaak beheerst zijn leven. Niet dat er verder niks gebeurde natuurlijk. “Maar het UWV was er altijd.” Stress. Het knaagt aan hem. En het heeft van Den Theun een oude man gemaakt. “Ik heb een hele broze gezondheid.”

Den Theun is een hele angstige man, zegt hij zelf. Hij vreest andere mensen en heeft zich bijvoorbeeld ook erg druk gemaakt over het interview in een café. Kun je daar nog wel met contanten betalen of moet dat met een pinpas? Zo’n alledaags thema maakt hem al onzeker. Hij is vaak somber. “Het leven is voor mij niet leuk.” Die angstige en depressieve gevoelens heeft hij al sinds zijn vroegste jeugd. De medicatie die hij daarvoor slikt in de jaren tachtig, Orap, maakte hem traag en ‘dom’. Mede vanwege de depressies laat hij het geschil met het UWV sluimeren, ook al denkt hij na zijn eerste verzet dat het probleem niet is opgelost. Want ook zonder die ellende speelde er in de jaren tachtig en negentig al genoeg in zijn leven. De aidscrisis werd een aantal van zijn vrienden fataal, wat hem nog eenzamer maakte dan hij al was.

‘Ik was doodsbang voor het UWV. Dat was mijn levensonderhoud!’

Een andere reden dat Den Theun pas vanaf 2006 echt in verzet komt tegen de rekenfouten van het UWV is de tijdgeest, zegt hij. Voor die tijd lag de WAO onder vuur. Toenmalig premier Ruud Lubbers (CDA) sprak zich in 1990 uit tegen het grote aantal mensen in de WAO. ‘Nederland is ziek’, heette het in die tijden. CDA en PvdA besloten onder hoge politieke druk om het aantal WAO’ers terug te dringen, onder meer door een grote herkeuringsoperatie: de Wet terugdringing beroep op de arbeidsongeschiktheidsregelingen.

Dus toen Den Theun rond die tijd aanklopte bij een Amsterdamse organisatie die hulp bood aan mensen met een uitkering, vertelde een van de vrijwilligers hem dat hij zich maar het beste koest kon houden. “Wees blij dat je een uitkering hebt, ga niet te veel toestanden maken, want ze trappen je er zo uit”, vertelde de man. Iets later zegt Den Theun zelf iets soortgelijks. “Ik was doodsbang voor het UWV. Dat was mijn levensonderhoud.”

Zo gaan de jaren voorbij.

null Beeld Ilse van Kraaij
Beeld Ilse van Kraaij

Van angst naar strijdbaarheid

Vanaf 2006 maakt de angst voor het UWV langzaam plaats voor strijdbaarheid. Zo volgt hij een cursus aan het Joke Smit College voor volwassenenonderwijs, waardoor hij meer zelfvertrouwen krijgt. “Ik vond mezelf nooit zo slim”, zegt hij. Maar vanaf dan weet hij dat hij prima kan schrijven en uitstekend kan rekenen. Een medecursist bevestigt bovendien dat zijn uitkering inderdaad veel te laag is.

Uit zijn schoudertas pakt Den Theun een blauwe dossiermap met daarin een selectie van de belangrijkste bewijsstukken die hij verzamelde.

Zijn zaak draait om drie kwesties: eerst moet hij bewijzen dat zijn uitkering inderdaad te laag is vastgesteld. Daarna probeert hij aan te tonen dat het UWV essentiële informatie over zijn daadwerkelijke loon voor hem heeft achtergehouden, informatie die al die tijd in het bezit van het UWV was, maar die nooit met hem is gedeeld. En tot slot eist hij dat het UWV de volledige schade vergoedt vanaf de dag dat hij voor het eerst een uitkering kreeg.

In een handig overzicht van 17 pagina’s heeft hij het chronologisch opgeschreven:

‘Halverwege 2006 opnieuw mijn verzoek tot herziening gericht aan het UWV.’

‘Vanaf december 2007 juridische bijstand van advocaat.’

‘Op 17 maart 2008 volgt er – na verzoek van mijn kant – een uitnodiging voor een gesprek bij het UWV.’

‘23 februari 2009: Hoorzitting ten kantore van het UWV.’

‘April 2010: zaak wordt behandeld door bestuursrechter. Verloren.’

‘Hoger beroep bij Centrale Raad van Beroep, 25 februari 2011, de hoogste rechter voor uitkeringszaken. Doorbraak dankzij oplettende rechter.’

‘13 februari 2015: Rechtszitting bij Rechtbank Amsterdam. Juridische bijstand aan advocaat is ingetrokken, ik moet de zaak nu verder zelf doen. Verloren.’

‘6 juli 2016: Centrale Raad van Beroep. Gedeeltelijk in gelijk gesteld.’

‘Opnieuw naar Centrale Raad van Beroep, 17 december 2017. Verloren.’

‘Ze hebben u lichamelijk al kapotgemaakt en zullen u ook financieel kapotmaken’

Den Theun heeft lang getwijfeld of hij zijn verhaal wil doen. Dat hij nu toch de stap zet, is een reactie op uitlatingen van de hoogste baas van het UWV in de media. Na een kritisch rapport van de SP vertelde Maarten Camps dat het UWV zich bewust is van de impact die beslissingen hebben op het leven van burgers. Maar in de afhandeling van zijn eigen zaak merkte Den Theun niets van dat nieuw verworven inzicht. “Het UWV ging gewoon door met wat ze altijd al deden: zeggen dat het mijn schuld is. Die hypocrisie wil ik laten zien.”

Die ene persoon die hem zo goed heeft geholpen en die Trouw niet bij naam mag noemen, is een mediator. Per saldo heeft zij niets bereikt, maar ze zag hem. En ze heeft hem iets geleerd. Den Theun beschrijft hoe zij in de zomer van 2017, aan het einde van drie frustrerende sessies waarin een UWV-medewerker een schikkingsplan letterlijk van tafel veegde, ingreep omdat ze merkte dat Den Theun aan het einde van zijn Latijn was.

Hij sliep niet meer, hij was nog magerder dan nu, hij zat er emotioneel doorheen. Bij het weggaan raadde ze Den Theun aan om contact op te nemen met de pers. “Meneer Den Theun”, herinnert hij dat ze zei, “ze hebben u lichamelijk al kapotgemaakt en ze zullen u ook financieel kapotmaken. U moet naar de media stappen, want publiciteit, daar houden ze niet van.”

Nu, bijna zes jaar later, lijkt het erop dat die mediator het goed zag. “Ik heb gehoord dat de meeste rechtszaken gewonnen worden omdat één van beide partijen het opgeeft. Ik begin te vrezen dat deze zaak mij overleeft”, zegt Den Theun.

Hij moet denken aan de film I, Daniel Blake. Die vertelt het verhaal van een timmerman met hartproblemen die vastloopt bij het Britse UWV. Vlak voor de man gelijk krijgt van de rechter, overlijdt hij aan een hartstilstand. Op het toilet van het gerechtsgebouw. Den Theun verwacht half dat hem hetzelfde overkomt.

‘Op dit punt in het verhaal aangekomen word ik altijd heel emotioneel’

Zijn zaak kantelt op 14 september 2020. ‘Zitting!’, schrijft hij bij die datum in het chronologisch overzicht. Dit keer een civiele zaak bij de Rechtbank Amsterdam.

In die rechtszaak staat een document centraal dat hij vond in 2014, toen hij opnieuw zijn dossier opvroeg bij het UWV. Het gaat om een document dat is opgesteld door het Gemeenschappelijk Administratiekantoor. Die dienst verzorgde voor voorlopers van het UWV de administratie. Het verzamelde bijvoorbeeld loongegevens van werknemers.

Hoewel Den Theun het UWV vaker vroeg om zijn dossier, ziet hij het document voor het eerst. Het heeft niet veel om het lijf; een uitgetypt formulier is het, nog niet eens een A4 groot. Maar wat erop staat raakt hem: ‘Uit de belastingafdracht blijkt dat het brutoloon 3591 gulden bedroeg in het vierde kwartaal 1976’. Het document is gedateerd op 1 september 1980, drie jaar voordat hij voor het eerst protesteerde tegen de hoogte van zijn uitkering.

“Op dit punt in het verhaal aangekomen word ik altijd heel emotioneel”, zegt Den Theun met tranen in zijn ogen. “Toen ik dit briefje vond in het dossier van het UWV realiseerde ik me dat het allemaal voor niets was geweest. Al die tijd, vanaf 1980 al, wisten ze precies wat ik verdiende in de winkel.”

Waarom heeft het UWV het stuk nooit eerder aan hem opgestuurd, terwijl het wel in zijn dossier zat?

UWV had het document al in 2008

Aanvankelijk stelt het UWV dat het het document niet had. Omdat Den Theun een paar keer van werk was gewisseld, was er aanvankelijk discussie tussen de verschillende bedrijfsverenigingen: want wie was nou verantwoordelijk voor de uitkering van Den Theun? Mogelijk is het document toen zoekgeraakt.

Later zegt het UWV het pas in 2014 aan zijn dossier te hebben toegevoegd. Het UWV bestaat pas sinds begin deze eeuw. De archieven van zijn rechtsvoorgangers zijn geleidelijk toegevoegd en delen daarvan, zoals het document van Den Theun, stonden op microfiche – dat niet makkelijk doorzoekbaar is. Maar op aandringen van de rechter moet het UWV toegeven dat het het document in 2008 al had. Toen zou het door een van de voorlopers van het UWV aan het digitale dossier van Den Theun zijn toegevoegd.

Den Theun kan dat tijdens de zitting pareren. Via een oud-medewerker van het Gemeenschappelijk Administratiekantoor heeft hij gehoord dat dit soort documenten altijd meteen met (de voorgangers van) het UWV werden gedeeld. Dat was de standaard werkwijze, vertelde de oud-medewerker hem: ze gaven altijd het hele dossier aan het UWV. Voor de rechter is die verklaring voldoende om te oordelen dat het UWV dus al vanaf 1983 over het document moet hebben beschikt.

Nu vaststaat dat het UWV naliet om hem het document te sturen, ligt de weg open voor Den Theun om een schadevergoeding te eisen. Immers: het UWV wist al vanaf 1983 wat het werkelijke inkomen van Den Theun was. Informatie waarmee hij meteen al de hoogte van de uitkering had kunnen betwisten. Dat het UWV hem het document niet opstuurde is een onrechtmatige daad richting Den Theun, oordeelt de rechter. De rechter veroordeelt het UWV tot betaling van de schade. “Dat was echt een goede uitspraak”, zegt Den Theun vol waardering. “Dit heeft mijn vertrouwen in de civiele rechter weer hersteld.”

De rechter laat in het midden hoe hoog de schadevergoeding moet zijn. In onderling overleg komen Den Theun en het UWV er ook niet uit en dus voelt Den Theun zich gedwongen opnieuw naar de rechter te stappen. Het is dan december 2022.

‘De overheid is de hele tijd op zoek naar de leugen die je als burger vertelt’

Naast het document dat bewijst wat zijn inkomen was, vindt Den Theun nog meer stukken die niet eerder met hem zijn gedeeld. Interne mailwisselingen bijvoorbeeld. Zoals eentje uit 2008, ver voor de vondst van het inkomensdocument, waarin medewerkers een handgeschreven loonstrookje bespreken dat Den Theun bij toeval heeft weten te bemachtigen. Hij hoopt dat het geldt als ‘nieuw bewijs’ waarmee hij zich tegen het besluit van 1983 kan keren.

Uit de interne e-mails blijkt dat de UWV’ers vooral twijfelden aan de authenticiteit ervan. “Vreemd dat hij [Den Theun, red.] nu opeens met een handgeschreven papiertje komt waarop zijn loon staat vermeld van 23 jaar geleden. Dat papiertje is dan ook helemaal niets waard. Het kan ook door zijn buurman of familie geschreven zijn. Een stempeltje erop en klaar.’

Den Theun is geschokt als hij het leest. “Het toont een overheid die zijn burgers wantrouwt en die ondertussen zelf belangrijke documenten achterhoudt.” Dat wantrouwen en de onwil om naar de argumenten van een burger te luisteren, merkt hij al vanaf het eerste begin. In 1983, toen zijn uitkering minder hard omhoogging dan verwacht, belde hij met het UWV. In zijn herinnering trof hij een knorrige telefoniste, en bood hij aan om zijn bankafschriften op te sturen als bewijs. Waarop zij zei: “Meneer, wij hebben die gegevens hier zelf ook.” Vertwijfeld hing hij telefoon op.

“Hoe anders was het gegaan als toen wel iemand naar mijn verhaal had willen luisteren?” vraagt hij zich nu nog af. “De overheid is de hele tijd op zoek naar de leugen die je als burger vertelt. Ze moet wel controleren wat iemand zegt natuurlijk, maar dat kan ze ook doen door uit te zoeken hoe het zit.”

‘De strijd tegen UWV is een doorlopende stressor geweest’

Begin maart belt de advocaat van Den Theun. Na een hartstilstand heeft Den Theun een pacemaker gekregen en om stress te voorkomen wil hij nu even niet aan het UWV denken. Maar er is goed nieuws, zegt de advocaat. “De uitspraak is binnen.”

Krijgt Den Theun alle schade vergoed?

Hij eiste nabetaling van het volledige bedrag dat hij sinds 1978 te weinig kreeg. De rechter kent hem dat toe.

Hij eiste vergoeding van de wettelijke rente. De rechter kent dat grotendeels toe.

Hij eiste vergoeding van zijn juridische kosten. Toegekend.

Dan komt het punt dat voor Den Theun het belangrijkste is. Hij wil erkenning voor de stress die hem is aangedaan. Om die eis kracht bij te zetten heeft hij de rechter een schriftelijke verklaring van zijn arts gegeven. Die schrijft dat het geschil met het UWV een regelmatig terugkerend gespreksthema was. Het geschil roept volgens de arts oude gevoelens van ‘onmacht en overmacht’ op. “De strijd tegen het UWV en het ervaren onrecht zijn in zijn leven een doorlopende stressor geweest.”

Maar is het genoeg?

‘Geen slechte score’

Voor het toekennen van immateriële schade ligt de lat hoog, schrijft de rechter in het vonnis. Wat de rechter betreft is bewezen dat het handelen van het UWV een ‘heftige impact’ heeft gehad op het leven van Den Theun. Toch vindt hij dat onvoldoende vaststaat dat het onrechtmatig handelen van het UWV tot geestelijk letsel bij Den Theun heeft geleid. Wat de rechter betreft staat niet vast dat sprake was van ‘opzet’ aan de kant van het UWV.

Den Theun eiste vergoeding van immateriële schade. Die eis wordt door de rechter dus afgewezen.

De advocaat klinkt blij. Al met al is dit geen slechte score, voor het eerst is de wettelijke rente grotendeels erkent. Daarmee zegt de rechter dat Den Theun schade heeft geleden. De nabetaling bedraagt tienduizenden euro’s en met die wettelijke rente erbij loopt het al snel in de tonnen. “Een mooi bedrag”, zegt de advocaat.

‘Dat de rechter de immateriële schade heeft afgewezen, heeft me ongelofelijk gekwetst’

Anderhalve week later hangt Den Theun zelf aan de telefoon. Als het bedrag wordt overgemaakt zal hij het op de rekening van de advocaat laten staan. “Die kan er dan uitnemen wat nodig is voor zijn werkzaamheden, zo deed ik dat ook in 2017”, zegt hij. Op zijn verzoek kende het UWV al eens eerder een nabetaling toe, voor de periode vanaf 2008. Een volstrekt onrechtvaardige beslissing vond hij, omdat hij al sinds 1978 buiten zijn schuld om te weinig kreeg.

Den Theun heeft gemengde gevoelens bij de uitspraak. “De rechter erkent dat het UWV erg stressvol is geweest, maar ze verbindt daar geen consequenties aan. Dat ze de immateriële schade niet toekent, heeft me ongelofelijk gekwetst.”

Den Theun beraadt zich dus op het vervolg. “Ik zie de uitspraak als een uitnodiging om meer informatie te geven.” Hij zal gewoon veel beter moeten bewijzen dat hij schade heeft geleden door het handelen van het UWV. Wat precies zijn volgende stap zal zijn, weet hij nog niet. Voor 1 juni moet hij beslissen of hij in hoger beroep gaat. Hij overweegt een schikkingsvoorstel te doen. “Het idee dat een conflict met de overheid tot gezondheidsklachten kan leiden is dankzij de aardbevingen in Groningen en de toeslagenaffaire nu breed geaccepteerd.”

Hij heeft alles bewaard. “Vanaf 1981 heb ik alles nog. Alle bankafschriften, alle brieven, belastingaangiftes.” Met zo’n rijk archief moet hij zijn claim kracht bij kunnen zetten. “Dat is misschien wat ik nog wel het meeste hoop van de UWV-zaak. Dat ik al die stapels papier straks weg kan gooien. Al die ballast!”

De echte naam van Den Theun is bij de hoofdredactie bekend. Dit verhaal is gebaseerd op interviews met Den Theun en documenten die hij aanleverde ter onderbouwing.

Reactie UWV

UWV vindt het bijzonder spijtig dat deze zaak zo lang heeft geduurd en begrijpt dat dit zwaar is geweest voor de heer Den Theun. Er zijn door UWV en zijn rechtsvoorgangers fouten gemaakt en op sommige momenten hadden andere keuzes gemaakt kunnen worden. Daarbij was, zo bevestigt de rechter, geen sprake van opzet, maar dat maakt de gevolgen voor de heer Den Theun niet minder vervelend. UWV legt zich neer bij de recente uitspraak van de rechtbank en is in overleg met de advocaat van betrokkene over de afwikkeling van de uitspraak. UWV onderzoekt ook welke lessen uit deze zaak getrokken kunnen worden.

CORRECTIE: In een eerdere versie stond dat Lubbers het had over de Dutch Disease, maar dat is niet het geval. Die economische term wordt gebruikt in situaties dat de waarde van een munt stijgt als gevolg van de verkoop van pas ontdekte grondstoffen, en heeft niets met arbeidsongeschiktheid of ziekte te maken.

https://www.trouw.nl/nieuws/meneer-den-theun-kreeg-40-jaar-lang-een-te-lage-uitkering-van-het-uwv-is-zijn-strijd-nu-ten-einde~b0394530/#:~:text=Al%20veertig%20jaar%20strijdt%20J.P.,is%20de%20ellende%20niet%20voorbij.

Ice sheets can collapse at 600 metres a day, far faster than feared, study finds

 






Ice sheets can collapse at 600 metres a day, far faster than feared, study finds

Sediments from last ice age provide ‘warning from the past’ for Antarctica and sea level rise today, say scientists

Ice sheets can collapse into the ocean in spurts of up to 600 metres (2,000 feet) a day, a study has found, far faster than recorded before.

Scientists said the finding, based on sea floor sediment formations from the last ice age, was a “warning from the past” for today’s world in which the climate crisis is eroding ice sheets.

They said the discovery shows that some ice sheets in Antarctica, including the “Doomsday” Thwaites glacier, could suffer periods of rapid collapse in the near future, further accelerating the rise of sea level.

The rising oceans are among the greatest long-term impacts of global heating because hundreds of major cities around the world are on coastlines and are increasingly vulnerable to storm surges and flooding. The West Antarctic ice sheet may already have passed the point at which major losses are unstoppable, which will lead eventually to metres of sea level rise.

“Our research provides a warning from the past about the speeds that ice sheets are physically capable of retreating at,” said Dr Christine Batchelor at Newcastle University in the UK, who led the research. “It shows that pulses of rapid retreat can be far quicker than anything we’ve seen so far.”

“These pulses translate into sea level rise and could be really important for sea defences,” she said. The rate of loss was critical if, for example, a rise expected over 200 years could actually occur in 20 years, Batchelor said. The research could also be used to enable computer models to make better predictions about future ice loss.

Most previous estimates of the rate of ice sheet collapse have come from satellite data, which has been collected for about 50 years. The geological data used in the study stretches back thousands of years, allowing a much greater range of conditions to be analysed.

The research, published in the journal Nature, used high-resolution mapping of the sea bed off Norway, where large ice sheets collapsed into the sea at the end of the last ice age 20,000 years ago. The scientists focused on sets of small ridges parallel to the coast, which formed at the line where the base of the ice sheet met the oceans, called the grounding line.

As the tides lifted the ice sheets up and down, sediments at the grounding line were squashed into ridges twice a day. As the base of the ice sheet melted over days and weeks, the grounding line retreated towards the shore, leaving behind sets of parallel ridges. Measuring the distance between the ridges enabled the scientists to calculate the speed of the Norwegian ice sheet collapse.

They found speeds of between 50 metres a day and 600 metres a day. That is up to 20 times faster than the speediest retreat recorded previously by satellites, of 30 metres a day at the Pope Glacier in West Antarctica. Ridges had been studied before, in Antarctica, but only over an area of 10 sq km. The new study covered an area of 30,000 sq km, and 7,600 ridges, allowing the scientists to understand what is likely to control the rates of retreat.

The fastest rates of ice sheet loss to the ocean were found where the ice sheet had been resting on a virtually flat sea bed. This is because a relatively small amount of melting at the base of a flat-bedded ice sheet can lift a large section of the sheet and shift the grounding line much further inshore than if the sheet was on a steeper slope.

The Norwegian ridges show rapid spurts of ice loss lasting up to 11 days, but Bachelor suspects they could last for months. “The measurement at Pope Glacier showed 30 metres per day was sustained for about three and a half months. But 600 metres a day definitely wouldn’t be sustained for a year or many years – you’d have no ice left.”

However, she said: “Our findings suggest that present-day rates of melting are sufficient to cause short pulses of rapid retreat across flat-bedded areas of the Antarctic ice sheet, including at Thwaites.”

Prof Andrew Shepherd, at Northumbria University in the UK, who was not part of the study team, said: “It’s pretty incredible, but relic features on the seabed provide much more frequent sampling of ice sheet retreat than we have been able to achieve with satellites.”

“It turns out that retreat is not a steady process, but happens in short bursts,” he added. “We didn’t spot that from space because we tend to track changes once per year at most. Whether the rapid retreat found in the new study might mean worryingly fast increases in future ice loss and sea level rise will depend on whether these fast rates are sustained for periods of time longer than a week or two.”

Dr Johannes Feldmann, at the Potsdam Institute for Climate Impact Research in Germany, said: “The study [shows] that in the future faster retreat rates than presently observed in, eg Antarctica, are indeed possible under specific circumstances. The implications of such rapid retreat are serious, given the generally irreversible nature of ice sheet retreat.”

https://www.theguardian.com/environment/2023/apr/05/ice-sheets-collapse-far-faster-than-feared-study-climate-crisis

Verkennen, hacken en tappen: mogen de AIVD en MIVD al genoeg of moet de wet nodig ruimer?

 





Verkennen, hacken en tappen: mogen de AIVD en MIVD al genoeg of moet de wet nodig ruimer?

Inlichtingendiensten Het debat over een nieuwe wet voor de AIVD en MIVD is losgebarsten. De twee zeggen niet zonder ruimere bevoegdheden te kunnen, maar de toezichthouder waarschuwt. „Er staan veel rechten op het spel.”

De top van de Nederlandse inlichtingendiensten generaal Jan Swillens, directeur van de MIVD (l.) en AIVD-directeur Erik Akerboom (r.) in gesprek met , Pieter-Jaap Aalbersberg, Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid.
De top van de Nederlandse inlichtingendiensten generaal Jan Swillens, directeur van de MIVD (l.) en AIVD-directeur Erik Akerboom (r.) in gesprek met , Pieter-Jaap Aalbersberg, Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid.
Foto Guus Schoonewille/ANP 

„Er gebeuren héle grote dingen in Nederland”, zo zei scheidend toezichthouder Mariëtte Moussault vorige week tegen de Tweede Kamer. „Maar ik mag u niet zeggen hóe groot.”

Moussault was vijf jaar lang voorzitter van de Toetsingscommissie Inzet Bevoegdheden (TIB), de commissie die toestemming moet geven voordat de AIVD en de MIVD het internet mogen aftappen of computerservers mogen hacken. In haar laatste week in functie was ze naar de de Kamer geroepen om die te briefen over een nieuwe, tijdelijke wet, die de bevoegdheden van de geheime diensten sterk verruimt.

Moussault vindt het belangrijk dat er een goede discussie wordt gevoerd over de gevolgen voor de privacy van burgers. Daarom had ze graag verteld welke verstrekkende operaties de AIVD en de MIVD nú al uitvoeren, onder de huidige Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten (Wiv 2017) . Maar daar hebben de ministers Hanke Bruins Slot (Binnenlandse Zaken, CDA) en Kajsa Ollongren (Defensie, D66) een stokje voor gestoken. Op last van de twee ministers zijn enkele cruciale passages in het jaarverslag van de TIB over 2022 zwartgelakt, omdat ze staatsgeheime informatie zouden bevatten. Daardoor, zo zei Moussault tegen de Kamer, kan het debat over de nieuwe wet niet goed worden gevoerd. „Ik vind het echt héél vervelend”, zo zei Moussault, terwijl ze haar handen verontschuldigend ophief: „Maar ik heb geen zin om vijftien jaar te gaan zitten.”

De Kamer en de samenleving moeten hier goed over nadenken

De Tijdelijke wet cyberoperaties draait niet om details, zo heeft Moussault een dag eerder in een gesprek met NRC duidelijk gemaakt. De nieuwe wet maakt veel verdergaande inbreuk op grondrechten van burgers mogelijk. „We spreken meestal over het recht van privacy, maar eigenlijk staat er veel meer op het spel: het recht van meningsuiting, het recht van vrije vergadering. Het gaat om het medische geheim, om de journalistieke vrijheid.”

Sleepwet

In 2018 stemden de Nederlandse kiezers in een referendum tégen de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten, die het mogelijk moest maken om ‘ongericht’ data van miljoenen burgers af te tappen op internationale glasvezelkabels. Om de ‘sleepwet’ er door te krijgen deden de toenmalige ministers Ronald Plasterk (Binnenlandse Zaken, PvdA) en Jeanine Hennis (Defensie, VVD) belangrijke toezeggingen. De kans dat er Nederlands verkeer zou worden verzameld was nagenoeg uitgesloten, zo stelden de ministers. Streamingdiensten als Netflix of YouTube zouden niet worden opgeslagen. Het aftappen van de kabel zou bovendien „zo gericht mogelijk” plaatsvinden, om de schending van de privacy van burgers zo klein mogelijk te houden. Elk verzoek om te tappen (of te hacken) zou moeten worden goedgekeurd door een nieuwe instantie: de Toetsingscommissie Inzet Bevoegdheden (TIB).

De beloften van Plasterk en Hennis stonden echter op gespannen voet met wat de AIVD en de MIVD van plan waren: het automatisch doorzoeken van zo groot mogelijke datasets van tientallen miljoenen gebruikers – niet alleen om Russische of Chinese hackers te kunnen volgen, maar vooral ook om nieuwe, potentiële dreigingen op het spoor te komen. „Per definitie zijn wij vaak op zoek naar een dreiging die we nog niet kennen”, zei generaal-majoor Jan Swillens, directeur van de MIVD, vorig jaar.

Lees ook:Kabinet wil toezicht op geheime diensten ingrijpend wijzigen

Wat dat in de praktijk kan betekenen kan worden afgeleid uit de schaarse informatie die openbaar is gemaakt door de TIB en door een andere waakhond, de Commissie van Toezicht op de Inlichtingen en Veiligheidsdiensten (CTIVD). In 2021 kreeg de TIB een verzoek tot toestemming voor ‘kabelinterceptie’ waarbij een enorme hoeveelheid data zou worden verzameld, waaronder „een significante hoeveelheid van het internetverkeer van Nederlandse burgers”. Deze data zouden bovendien „ongezien” worden gedeeld met een „buitenlandse partnerdienst”, mogelijk de Amerikaanse afluisterdienst NSA. Een disproportionele inbreuk op de privacy, oordeelde de TIB: het verzoek werd afgewezen.

Dergelijke afwijzingen hebben de afgelopen jaren tot frustratie bij de diensten geleid. Begin 2021 stelde een evaluatiecommissie onder leiding van oud-topdiplomate Renée Jones-Bos dat de Wiv was uitgelopen op „patstellingen”, en dat de wet daarom moest worden aangepast. Enkele maanden later lieten de diensthoofden Erik Akerboom (AIVD) en Jan Swillens (MIVD) weten dat onmiddellijk moest worden ingegrepen, omdat de diensten het zicht op cyberdreigingen dreigden te verliezen. De Tijdelijke wet cyberoperaties moest nog voor het einde van het jaar bij de Kamer liggen, zo was het plan.

Woensdag, anderhalf jaar later, begint eindelijk de parlementaire behandeling met een rondetafelconferentie in de Tweede Kamer, waarin verschillende experts hun licht over de nieuwe wet laten schijnen.

Iedereen maakt zich zorgen over cyberaanvallen van China en Rusland

Verkennen, tappen en hacken

In de nieuwe wet worden de bevoegdheden van AIVD en MIVD fors opgerekt. Zo mogen de diensten straks zonder toestemming computers van ‘non-targets’ (lees: nietsvermoedende burgers) hacken, als die in een onderzoek opduiken. Er is dan geen toets meer nodig voor geautomatiseerde data-analyse van afgetapte data, door steeds slimmere AI-systemen die miljoenen e-mails kunnen beoordelen op vragen als: „Wie is een terrorist?” Met de nieuwe wet vervalt het verbod om streamingdiensten af te tappen, en mag ook Nederlands internetverkeer worden afgevangen. Om internetverkeer te ‘verkennen’ is het straks geoorloofd álle inhoud van een glasvezelkabel zes maanden op te slaan. Die data mogen ook met buitenlandse diensten worden gedeeld, ook al raadt de Raad van State dit af.

Volgens de AIVD en MIVD is de nieuwe wet onontbeerlijk in de strijd tegen landen met een „offensief cyberprogramma”, zoals Rusland, China of Iran. Maar is dat zo? Na twee jaar mislukkingen en afwijzingen kregen de inlichtingendiensten in het eerste kwartaal van 2022 – onder de huidige wet – toestemming om een internationale glasvezelkabel te tappen. Na de Russische invasie in Oekraïne op 24 februari was de „inlichtingenbehoefte van de diensten urgenter geworden”, zo meldt de CTIVD. De ‘kabelinterceptie’ ging over één thema en was zo opgezet dat alleen data van bekende targets van de diensten (zoals Russische hackers) werden opgeslagen. Daarmee werd waarschijnlijk voldaan aan het criterium dat de interceptie ‘zo gericht mogelijk’ moet zijn. Minister van Defensie Ollongren meldde later dat de MIVD een belangrijke rol heeft gespeeld bij de verdediging van Oekraïne tegen Russiche cyberaanvallen.

De CTIVD geeft veel details over de succesvolle kabelinterceptie, maar in het jaarverslag van de TIB is de passage over de operatie grotendeels zwart gemaakt. Daardoor is niet duidelijk waarom de toezichthouder na alle afwijzingen nu wél toestemming had gegeven. Moussault wil niet ingaan op wat er zwart gelakt is, maar wil wel kwijt dat het niet de bedoeling was om staatsgeheimen te openbaren.

Voormalig lid van de TIB Bert Hubert, die in september van het afgelopen jaar opstapte en daarom weet heeft van de operatie, is uitgesprokener. „Van sommige dingen die zwart zijn gemaakt weet ik dat het niet gaat om staatsgeheimen, maar om zaken die ongemakkelijk zijn om te vermelden.”

Tweede Kamerlid Renske Leijten (SP) noemt het weglakken van passages in het jaarverslag „kafkaësk”. „We hebben het over een onafhankelijke toezichthouder die heel goed weet wat wel en niet gezegd kan worden.”

Leijten is kritisch over de haast waarmee het wetsvoorstel moet worden behandeld. „Er is een kunstmatige urgentie gecreëerd. De oorlog in Oekraïne wordt nu door de diensten gebruikt om wat niet gelukt is bij de ‘sleepwet’ alsnog erdoorheen te krijgen.”

VVD-Kamerlid Queeny Rajkowski, als ‘rapporteur’ verantwoordelijk voor de procedure rond de wet, is het daar niet mee eens. „Elke week die we wachten is een risico, maar we willen zéker niet de zorgvuldigheid uit het oog verliezen.”

Een meerderheid van de Tweede Kamer lijkt de tijdelijke wet te zullen steunen. „Iedereen maakt zich zorgen over de cyberaanvallen van China en Rusland”, zegt woordvoerder Alexander Hammelburg (D66). „De huidige wet is daarvoor ontoereikend.”

„We hebben geen keus”, zegt Rajkowski.

Scheidend TIB-voorzitter Mariëtte Moussault waarschuwt echter voor al te snelle conclusies. „Je kunt nu al de kabel aftappen op een manier die de TIB rechtmatig vindt. Maar de diensten willen méér. Daar zullen de Kamer en samenleving verdomd goed over moeten nadenken.”

‘Waardevolle bijdrage’

In een reactie laten de ministeries van Binnenlandse Zaken en Defensie weten dat in de voorgelegde versie van het jaarverslag van de TIB „staatsgeheime informatie” stond. „De TIB heeft er voor gekozen om deze zinsdelen niet aan te passen, maar zwart te lakken”, aldus de departementen. In de informatie van de CTIVD stond volgens de ministeries géén geheime gegevens.

Volgens Binnenlandse Zaken en Defensie leveren de AIVD en de MIVD een „waardevolle bijdrage” aan de Oekraïense verdediging tegen „grootschalige Russische digitale aanvallen”. „De Oekraïense digitale verdediging is niet gegarandeerd”, schrijven de ministeries. „Waarschijnlijk kan dit succes alleen volgehouden worden zolang de westerse steun net zo intensief en adaptief blijft als de cyberoperaties van de Russische inlichtingendienst.”

04-04-2023: Dit artikel is geactualiseerd met de reactie van Binnenlandse Zaken en Defensie.
----------------------------------------
Mijn commentaar : 
Als deze laatste ontwikkeling - een cruciale nieuwe hoeksteen binnen het toch al indrukwekkende bouwwerk van de NLse spionage-activiteiten (inclusief die tegen de eigen burgers) - niet leidt tot een fundamentele herdefinitie van het recht van onze overheid op het breed en diep bespioneren van onze burgers, dan zijn wij per heden een kritische grens gepasseerd en is de sky the limit en mogen wij met recht, spreken van Nederland, zijnde een onvervalste surveillance state.