dinsdag 13 april 2021

Ministerie stort 925 miljoen voor entreetesten: in strijd met de wet, en zonder toezicht





Ministerie stort 925 miljoen voor entreetesten: in strijd met de wet, en zonder toezicht

d.d. 13-04-2021

Het ministerie van VWS stort 925 miljoen euro voor sneltesten bij evenementen in een private stichting. Deze constructie is hoogst ongebruikelijk, niet transparant, en toezicht op de besteding van het geld ontbreekt. Bovendien is de opdracht aan de stichting niet aanbesteed, wat in strijd is met de wet. Dat blijkt uit onderzoek van Follow the Money.

De stichting Open Nederland, geleid door voormalig generaal Tom Middendorp, moet Nederland de komende maanden weer van het slot halen. Met behulp van 400.000 sneltesten per dag moeten Nederlanders binnenkort weer naar het museum, de dierentuin of de bioscoop kunnen. 

Een ambitieuze opdracht, die liefst 925 miljoen euro zal kosten. Dat geld krijgt de stichting volledig tot haar beschikking van het ministerie, zo bevestigt een woordvoerder van VWS. 

De stichting staat los van de overheid en kan volledig naar eigen inzicht bepalen hoe de 925 miljoen euro worden besteed, blijkt uit de statuten die gedeponeerd zijn bij de Kamer van Koophandel. De drie stichtingsbestuurders – allen consultants – zijn verantwoordelijk voor het opzetten van de landelijke testinfrastructuur en de aansluiting op de Corona-app. Ook bepalen ze hun eigen beloning.

De opdrachtbrief zou duidelijkheid moeten bieden over de afspraken die VWS met de stichting heeft gemaakt, maar die is niet openbaar

Hoe de overheid grip houdt op de besteding van het geld, is onduidelijk. De stichting heeft geen raad van toezicht, zo blijkt uit het Handelsregister. In de statuten is ook niets te vinden over transparantie, verantwoording, externe communicatie of eisen aan de besteding van gelden. Er is geen verplichting tot boekencontrole door een externe accountant. Als het bestuur besluit de stichting op te heffen, dan kan het bestuur zelf beschikken over de resterende gelden. Er is geen statutaire verplichting om het geld aan VWS terug te storten. 

De opdrachtbrief aan de stichting zou meer duidelijkheid moeten bieden over de afspraken die het ministerie van VWS met de stichting heeft gemaakt, maar die is niet openbaar. VWS en de stichting Open Nederland weigeren tot op heden vragen van Follow the Money te beantwoorden.

Experts zijn verbaasd over het gebrek aan transparantie rond de stichting, die bijna een miljard euro aan publiek geld gaat uitgeven. ‘Een belangrijke vraag is hoe de overheid zorgt en toetst dat de uitgave van zo’n enorme som geld doelmatig en volgens de regels plaatsvindt,’ zegt Elisabetta Manunza, hoogleraar aanbestedingsrecht aan de Universiteit Utrecht. ‘Wat hier bijvoorbeeld onduidelijk is: welke afspraken gelden tussen de overheid en deze stichting: hebben ze een uitvoeringsplicht? Waar is dat geregeld? Verdienen ze eraan? Hoeveel?’


"De constructie oogt onrechtmatig en erg onprofessioneel"

ELISABETTA MANUNZA, HOOGLERAAR

Volgens haar had de opdracht voor het project dan openbaar aanbesteed moeten worden. De gunning aan de stichting is dus in strijd met de Aanbestedingswet én de gedragscode Integriteit van de Rijksoverheid.

‘De constructie oogt onrechtmatig en erg onprofessioneel,’ zegt Manunza. ‘Een enorme som geld gaat naar een stichting die door een private partij is opgericht, en belast is met een taak die nauw vervlochten is met commerciële taken. Als dan niet in mechanismen is voorzien om te kunnen monitoren hoe het geld wordt uitgegeven, is dat niet alleen ongebruikelijk, maar als die taak niet is aanbesteed ook onrechtmatig.’

‘De opdracht van de staat aan de stichting moest openbaar worden aanbesteed,’ zegt ook Pieter Kuypers, hoogleraar Europees en nationaal aanbestedingsrecht aan de Radboud Universiteit Nijmegen. ‘De opdracht is in wezen een dienst: organiseer sneltesten voor de bevolking tegen een bepaalde beloning. De geraamde waarde van deze opdracht bevindt zich boven de drempel, dus dient een aanbesteding plaats te vinden.’

Annemarie Drahmann, universitair hoofddocent staats- en bestuursrecht aan de Universiteit Leiden, noemt het problematisch dat de activiteiten van de stichting niet publiekelijk te controleren zijn. ‘De stichting is ook niet gebonden aan de algemene beginselen van behoorlijk bestuur.’

Follow the Money vroeg het ministerie van VWS waarom voor de constructie met een stichting is gekozen en waarom geen aanbesteding heeft plaatsgevonden, maar kreeg geen antwoord. Volgens David van Hartskamp, ceo van Lead Healthcare, het bedrijf dat in eerste instantie de sneltesten uitvoert, is voor deze constructie gekozen met het oog op het tempo. De klus eerst openbaar aanbesteden zou te veel tijd in beslag hebben genomen.

Maar experts weerspreken dat: ‘Je kunt je nog wel voorstellen dat er gekozen wordt voor zo’n vorm om snel een bepaald doel te bereiken tijdens het begin van de pandemie, maar ik zie in deze fase geen dwingende spoed als gevolg van een onvoorziene omstandigheid,’ zegt hoogleraar publieke inkoop Fredo Schotanus aan de Universiteit Utrecht.

‘Ook dan had een procedure voor de hand gelegen waarbij transparantie was betracht,’ zegt Pieter Kuypers. ‘Ik begrijp niet waarom dat niet kon.’ Voor aanbestedingen bestaat een spoedprocedure, waarvan VWS nu geen gebruik heeft gemaakt. In het voorjaar van 2020 werd die wel ingezet om het informatiesysteem Coron-IT snel aan te kopen, voor het verwerken van testuitslagen door laboratoria en de GGD’en.

Testsamenleving

Ook de opdracht voor het uitvoeren van de sneltesten werd door de stichting Open Nederland niet aanbesteed. Testaanbieder Lead Healthcare uit Baarn werd al in januari betrokken bij het project. ‘Tom Middendorp kwam bij ons op kantoor langs en vroeg of wij iets konden betekenen,’ vertelt ceo Van Hartskamp. Lead Healthcare is de grootste commerciële testaanbieder van Nederland en verzorgde onder meer de sneltesten rond 3FM Serious Request en de interland Nederland-Letland.

‘We hebben een complete private GGD opgezet. Wij zijn de Starbucks van het testen in Nederland’

Volgens Van Harts-kamp handelde Middendorp in op-dracht van VNO-NCW, dat al langer aan plannen voor een ‘testsamenleving’ werkt. De stichting Open Nederland kwam volgens hem ook mede op initiatief van de werkgeversorganisatie tot stand. De afgelopen weken bouwde Lead Healthcare in opdracht van de stichting tientallen nieuwe teststraten, verspreid over heel Nederland. ‘Een gigantische operatie,’ zegt Van Hartskamp. ‘We hebben een complete private GGD opgezet: snelteststraten met eigen kwaliteitssystemen, eigen software, callcenters en medisch personeel. Wij zijn de Starbucks van het testen in Nederland.’

De investeringen betaalde Lead Healthcare tot nu toe uit eigen zak. Het contract met de stichting blijkt namelijk nog altijd niet getekend te zijn. ‘Ik ben nog niet betaald, dat is een lastige situatie,’ aldus de ceo. ‘Ik ga er wel vanuit dat dat binnenkort goedkomt. Het gaat om vele, vele miljoenen.’

DAVID VAN HARTSKAMP, CEO LEAD HEALTHCARE :
"Ik heb niet het idee dat Open
Nederland goed doorheeft wat er
allemaal bij komt kijken"



Dat het project op afstand staat van VWS levert meteen een praktisch probleem op: het ministerie speelt volgens Van Hartskamp slechts een ‘bemiddelende rol’ in de gesprekken over de onbetaalde rekening. ‘Ik voel bij VWS wat meer waardering dan bij de stichting. Ik heb niet het idee dat Open Nederland goed doorheeft wat er allemaal bij komt kijken.’

Het is overigens niet de bedoeling dat Lead Healthcare straks alle 400.000 testen per dag gaat verzorgen. Vorige week organiseerde Open Nederland een beperkte aanbesteding voor 120.000 testen per dag, waarop ook andere commerciële partijen mochten inschrijven, blijkt uit een presentatie aan commerciële testaanbieders.

Maar zowel Manunza als Kuypers menen dat de stichting ook deze opdracht meteen openbaar had moeten aanbesteden. Dat de klus grotendeels aan Lead Healthcare werd gegund, is volgens de twee hoogleraren eveneens in strijd met de Aanbestedingswet. Dat zou consequenties voor de overeenkomst tussen beiden kunnen hebben, waarschuwt Kuypers: ‘Ik zie vooralsnog geen uitzondering waarop de stichting zich kan beroepen.’ Dat kan er zelfs toe leiden dat de rechter de overeenkomst nietig verklaart en de stichting een schadevergoeding moet betalen.

https://www.ftm.nl/artikelen/sneltest-evenementen-zwart-gat?utm_medium=social&utm_campaign=sharebuttonnietleden&utm_source=twitter

NCTV : Onmin en uitglijders bij de club die het land moet beschermen

 






Onmin en uitglijders bij de club die het land moet beschermen

NCTV Het was nooit de bedoeling dat de NCTV, die Nederland moet behoeden voor aanslagen en andere gevaren, burgers in de gaten zou houden. Dit gebeurt toch. En het rommelt onophoudelijk op de afdeling die informatie verzamelt en duidt voor de regering.

Harry van Duinen begint zijn dag op Twitter. Hij wil weten wat de campagneleider van de politieke partij BIJ1 meldt, wat Black Lives Matter schrijft, waar de voorman van Milieudefensie is. Hij volgt op Twitter 250 accounts, waaronder die van politiek leiders Thierry Baudet (FVD) en Geert Wilders (PVV), activisten die tegen windmolens strijden en radicaal-rechtse profielen als Roel du Pree en Dietse Bazuin.

Op Facebook volgt Harry van Duinen vooral profielen van radicale moslims, zoals Hizb ut Tahrir, een beweging die een kalifaat wil oprichten. Op Instagram: een pro-abortus club, Viruswaarheid en 49 andere accounts.

In de weekenden is hij nauwelijks online en over zichzelf laat Harry van Duinen weinig los. Sinds hij op Twitter zit plaatste hij slechts één tweet, op 5 januari 2010: ‘ADO Den Haag wordt kampioen!!’ Die dag gebeurt er veel. De president van IJsland weigert ineens een miljoenenschuld aan Nederland terug te betalen, bijvoorbeeld. Maar ADO speelt niet. Het is een willekeurige dinsdag middenin de winterstop, rond lunchtijd.

Harry van Duinen is een virtual agent van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV). Zo noemen analisten van deze organisatie de nepaccounts die ze gebruiken om burgers online te volgen. Niemand mag dat weten. Voor extra anonimiteit switchen ze via een knop op hun computer van het ambtelijke systeem naar een geheime modus die niet tot de overheid te herleiden is. ‘Het vuile systeem’, heet het intern. Het is ook de plek waar sommige analisten meelezen in besloten groepen op Telegram en Facebook.

Voor extra anonimiteit switchen ze via een knop op hun computer van het ambtelijke systeem naar een geheime modus die niet tot de overheid te herleiden is.

De NCTV moet Nederland beschermen tegen dreigingen die de maatschappij kunnen verstoren. Bij elke ramp, aanslag of zelfs dreigend onheil, leunt de regering zwaar op informatie van deze organisatie. Die is verantwoordelijk voor de bestrijding van terrorisme en dreiging van andere landen, voor cyber security, crisisbeheersing en de nationale veiligheid. De analisten van de NCTV hebben hierin een belangrijke taak. Zij verzamelen informatie over alles wat een gevaar voor de nationale veiligheid kan zijn en duiden die.

Maar juist op de analyse-afdeling, het hart van de organisatie, rommelt het al jaren. Enkele analisten hebben het er voor het zeggen. Ze negeren kritiek van collega’s en de leiding beschermt hen. Een externe onderzoeker ontwaart kliekjes: ‘inner circles’. Heldere regels voor het opstellen van analyses ontbreken.

Het brengt de kwaliteit van de belangrijke rapporten in het geding, blijkt uit onderzoek van NRC.

Daarnaast verzamelen de analisten gegevens over wat burgers doen en denken, met wie ze omgaan en wat ze geloven, en slaan die op. Niemand weet voor hoelang. Het ‘vuile systeem’ wordt regelmatig gewist, wat de werkwijze nog oncontroleerbaarder maakt.

NRC beschikt over interne documenten en voerde de afgelopen maanden gesprekken met veertien (oud-)medewerkers van de NCTV en meer dan twintig andere bronnen die de organisatie van binnenuit kennen.

Pieter-Jaap Aalbersberg, voormalig korpschef in Amsterdam en sinds twee jaar de baas van de NCTV, bevestigt begin april gedurende twee uur kalm de bevindingen van NRC op grote lijnen: hij erkent dat „de juridische grondslag moet worden verbeterd” en dat het soms „knettert” op de analyseafdeling van de spanningen. Hij heeft daar eigenwijze, maar uitstekende analisten werken. „Beter dan bij de politie”.

Illustratie Martien ter Veen

Doorgelicht

Een scan en een sluis geven toegang tot de zesde en zevende verdieping van de streng beveiligde middentoren van het ministerie van Justitie en Veiligheid, vlakbij station Den Haag Centraal. Hier zit de NCTV, met 280 hoogopgeleide medewerkers die allen zijn doorgelicht door de Algemene Inlichtingen en Veiligheidsdienst (AIVD). De NCTV speelt een rol bij de beveiliging van Geert Wilders, bij het onderzoek naar het neerhalen van de MH17, het afpakken van paspoorten van Syrië-gangers, de tramaanslag in Utrecht.

Voorbij de scan en sluis naar rechts, de gang door, bevinden zich de werkkamers van zo’n veertig medewerkers van de ‘Kerneenheid Analyse’. Paul Abels is er vanaf de oprichting de belangrijkste man, formeel eerst als chef en dan als raadsadviseur. Hij is een gepromoveerd kerkhistoricus, voormalig journalist, ex-AIVD’er en bijzonder hoogleraar inlichtingenstudies aan de Universiteit Leiden.

De analisten beantwoorden vragen van de minister van Justitie en Veiligheid, politie of gemeenten, schrijven analyses met namen als ‘Weekberichten’, ‘Signalement’, ‘Situatieschets en Duiding’ en rapporten over radicalisering, salafisme of onrust over de coronamaatregelen. Pronkstuk is het Dreigingsbeeld Terrorisme Nederland, gebaseerd op eigen informatie en die van inlichtingendiensten, politie, ambassades. Daarin stelt de NCTV drie keer per jaar het ‘landelijk dreigingsniveau’ vast, waaruit blijkt hoe groot de kans is op een terroristische aanslag.

Twintig organisaties houden zich bezig met terrorismebestrijding, overzicht ontbreekt

Het zijn belangrijke documenten over de nationale veiligheid. Maar vraag je de analisten hoe je een reguliere analyse opbouwt, wanneer iemand volgens hen een gevaar vormt of wanneer ze bronnen moeten vermelden, dan volgt geen eenduidig antwoord. Een analist: „Je pakt gewoon een vorige analyse en die pas je aan.”

Het leidt tot ongelukken, zoals begin dit jaar. Op 15 januari lekt een Turkije-nota van de NCTV uit via tijdschrift HP/De Tijd. In de nota wordt gewaarschuwd voor de groei van moslimfundamentalisme onder Turks-Nederlandse jongeren en de rol die president Erdogan hierin zou spelen. Politici zijn in alle staten. Maar experts zien al snel de aannames en fouten in het concept-rapport. Zo wordt Erdogan aangewezen als mogelijke inspirator voor de tramaanslag in Utrecht, terwijl de aanslagpleger hem „een hond van Amerika” noemde.

Bij de NCTV is dan al tijden discussie over de Turkije-nota. De Turkije-analist werkte er anderhalf jaar aan, onder toezicht van Paul Abels. De analyse wordt keer op keer door collega’s verworpen. Zelfs na kritiek van deskundigen van de politie, de AVID en een gezaghebbend wetenschapper weigert de analist aanpassingen door te voeren en Abels steunt hem. De nota moet verspreid worden, vinden zij, om gemeenten te waarschuwen voor Turks salafisme. Als de publicatie eind 2020 niet door dreigt te gaan, belandt de nota in handen van HP/De Tijd.

Na alle publieke kritiek op de gelekte nota besluit de NCTV een volledig nieuwe versie te maken. Zonder betrokkenheid van de Turkije-analist en Paul Abels.

Aanslagen Madrid

Wie wil begrijpen hoe de NCTV in deze situatie is beland, moet terug naar 11 maart 2004. In Madrid vinden aanslagen plaats in vier treinen. Door bommen van terroristen komen 191 mensen om het leven.

Plotseling komen zulke aanslagen voor Nederland dichtbij. Alleen: hoe dichtbij precies is niet duidelijk. Twintig organisaties houden zich bezig met terrorismebestrijding, overzicht ontbreekt.

Topambtenaar Tjibbe Joustra maakt een plan voor een afdeling die zowel onder het ministerie van Justitie en Veiligheid als Binnenlandse Zaken valt. Hij wordt zelf de baas van deze nieuwe afdeling, die dan nog Nationaal Coördinator voor Terrorismebestrijding (NCTb) heet. Joustra wil er hooguit honderd ambtenaren voor, „anders ben je alleen maar bezig jezelf te coördineren”, zegt hij in maart via de telefoon.

De coördinator moet „de samenwerking” verbeteren, schrijven de ministers Piet Hein Donner (Justitie en Veiligheid, CDA) en Johan Remkes (Binnenlandse Zaken, VVD) in september 2004 aan de Kamer. Maar wat het kabinet echt wil, is informatie. „Informatie is de belangrijkste grondstof voor terrorismebestrijding”, aldus de ministers.

Intern wijzen medewerkers hem erop dat de NCTV burgers helemaal niet in de gaten mag houden.

De terrorismecoördinator gaat dreigingsanalyses maken met de informatie van andere overheidsorganisaties: inlichtingendiensten, ambassades, Openbaar Ministerie, politie. De analisten voegen informatie samen en vertalen die in beleid. Het is niet de bedoeling dat ze zich op personen richten, daar zijn andere organisaties voor, staat ook in de brief.

Het plan was, vertelt Tjibbe Joustra via de telefoon: „We brengen dreigingsniveaus uit en coördineren de samenwerking. Dat was de kerntaak.” Maar eigenlijk weet niemand goed wat de coördinator precies is of mag doen – ook uit het organisatiebesluit van die tijd wordt het niet duidelijk. „Dat was precies mijn bedoeling”, zegt Joustra nu. „Ik koos er bewust voor om niets te regelen. Dat geeft alleen maar gezeur.”

Met elke terroristische dreiging wordt de coördinator belangrijker. Theo van Gogh wordt vermoord (2004). Leden van de Hofstadgroep belanden in de cel (2005). Bommen gaan af in Londen (2005), er is woede in het Midden-Oosten over de film Fitna van Geert Wilders (2008), een auto koerst op de bus van de koninklijke familie en een onderbroekbom gaat net niet af in een vliegtuig (2009).

In 2011 krijgt de terrorismecoördinator er nog een vracht aan taken bij: digitale dreiging, rampen- en droogtebestrijding, chemisch gevaar. De Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding krijgt het woord ‘Veiligheid’ achter haar naam en valt alleen nog onder het ministerie van Justitie en Veiligheid.

Illustratie Martien ter Veen

Vrienden van uitreizigers

Als Dick Schoof op 1 maart 2013 terrorismecoördinator wordt, verhoogt hij al na twee weken het dreigingsniveau: een aanslag in Nederland is voorstelbaar. Dat komt door de opkomst van terreurorganisatie IS. Naar schatting honderd Nederlanders vertrekken rond die tijd naar Syrië voor de jihad.

De roep om informatie is niet te stillen. In ieder debat wordt Justitieminister Ivo Opstelten (VVD) en later zijn opvolger Ard van der Steur (VVD) bestookt met vragen over Syrië-gangers. Wie zijn ze? Hoeveel jongeren heeft u tegengehouden? Hoeveel paspoorten afgepakt?

De AIVD en het Openbaar Ministerie kunnen niet alle vragen beantwoorden: staatsgeheime informatie, lopende onderzoeken. Schoof wel. Zijn analisten volgen de Nederlandse jihadisten nauwgezet online. Alles wat ze vinden op Facebook en YouTube wordt opgeslagen en geanalyseerd: van onthoofdingsvideo’s uit Aleppo tot reacties van de in Nederland achtergebleven vrienden van uitreizigers.

De NCTV adviseert ook gemeenten of ze een pro-Hamas-demonstratie moeten toestaan en of die Turkse zanger die naar de stad komt geen terrorist is. En iedere dag praat Schoof de minister bij. „Dan schoof hij handig een A4’tje met alle antwoorden kant-en-klaar over tafel”, zegt een ambtenaar.

Intern wijzen medewerkers hem erop dat de NCTV burgers helemaal niet in de gaten mag houden. Daar is geen wettelijke grondslag voor. Alleen inlichtingendiensten en de politie mogen onder strenge voorwaarden de gangen van burgers in kaart brengen; daarvoor moeten ze toestemming vragen en elke stap verantwoorden. Een analist van de NCTV mag niets meer dan welke ambtenaar ook.

De bezwaren worden genegeerd. „Wie nog een keer over die grondslag begint, kan zijn spullen pakken”, snauwt Schoof een medewerker op een dag toe, bevestigen meerdere bronnen.

Ook de chef van de analisten is pragmatisch. Paul Abels deelt zo nu en dan op Twitter zijn ongenoegen over de „privacy-waanzin” in Nederland. Privacy noemt hij „de westerse variant van de boerka”: beiden belemmeren immers „normale menselijke interactie en samenwerking”. Vooral de nieuwe privacywet AVG moet het ontgelden. Abels: „Dagelijks krijg ik te horen dat iets niet mag op grond van de AVG. Waarom op dit punt zoveel gezagsgetrouwheid?”

Weten de verantwoordelijke justitieministers eigenlijk waar de informatie van de NCTV vandaan komt? „Nee, als minister mag ik ervan uitgaan dat de analyses van de NCTV op zorgvuldige wijze tot stand komen”, zegt Ard van der Steur (2015-2017). „Ik heb nooit inzicht gekregen of gevraagd naar hoe het allemaal precies werkt. Als minister wilde ik vooral weten: begrijp ik de informatie en kan ik ermee werken?”

Een NCTV-analist mag niets meer dan een willekeurige gemeenteambtenaar, stelt ook de huidige terrorismecoördinator Pieter-Jaap Aalbersberg. „Dat moet zo blijven ook. Anders zijn we een geheime dienst.” Net als zijn voorgangers wil ook hij geen extra bevoegdheden. Wel kunnen heel wat online activiteiten van de analisten „juridische versterking” gebruiken, meent hij. Aan het standaardiseren van analyses wordt gewerkt.


Geestelijk verzorgende

Naast politici en radicale moslims houden NCTV-analisten via nepaccounts als dat van Harry van Duinen sinds vorig jaar ook actievoerders tegen coronamaatregelen in de gaten, zoals Willem Engel van Viruswaarheid en Tinus Koops van Nederland in Opstand.

Zo mag het niet, de overheid moet zich altijd kenbaar maken, waarschuwde een jurist al eens in een vergadering. Ook haar waarschuwing werd genegeerd.

In 2018 krijgen twee analisten een Turks-Nederlandse man in hun vizier. Hij werkt als gevangenis-imam en leidt ook een moskee in de regio Rijnmond. Jongeren uit die moskee bezochten jaren daarvoor een radicale imam in Turkije. De analisten verzamelen informatie over die reis. Een groepsfoto gaat via een weekbericht naar overheidsinstanties.

De duizenden rapportages van de analisten belanden in een systeem op een streng beveiligde ‘staatsgeheime computer’

De NCTV zoekt ook contact met de werkgever van de gevangenis-imam, de Dienst Justitiële Inrichtingen. Wegens de dubieuze moskee zou hij een veiligheidsrisico vormen in de gevangenis. De imam wordt op non-actief gesteld, een integriteitsonderzoek begonnen. Via via hoort de imam alleen dat de NCTV erachter zit.

Hij vertelt de integriteitsonderzoekers en de NCTV dat hij niet mee was op de jongerenreis. Hij kent de bezochte prediker wel, maar deelt niet al zijn denkbeelden. Na zeven maanden thuis krijgt hij bericht: niets aan de hand. Er worden excuses aangeboden en hij mag weer aan het werk, maar is psychisch, financieel en in zijn reputatie geschaad.

Illustratie Martien ter Veen

Haga Lyceum

In vertrouwelijke analyses van de NCTV is te zien hoe consequent sommige burgers in de gaten worden gehouden. Een prediker uit Almere is begin 2019 in een half jaar tijd zeker drie keer onderwerp van een ‘weekbericht’. Hij wordt omschreven als een leerling van een omstreden shariageleerde.

Die weekberichten worden standaard verstuurd aan gemeenten, politie, OM, ministeries, AIVD, maar ook aan buitenlandse veiligheidsdiensten.

De NCTV stelde ook profielen op van vier betrokkenen bij het Amsterdamse Cornelius Haga Lyceum, die NRC recent inzag. Er staat in met wie ze getrouwd zijn, hoeveel kinderen ze hebben, wie hun vrienden zijn, waar ze studeerden. In een profiel van een imam staan foto’s van vrijwilligers uit zijn stichting. In januari 2020 tikt de rechter tijdens een proces over Haga Lyceum de NCTV op de vingers om deze profielen. Eén bevat bijvoorbeeld „onvoldoende feitelijke” onderbouwing.

Aalbersberg zegt dat er „zeer incidenteel” meer van zulke profielen over personen zijn opgesteld. Alleen „voor intern gebruik”.

De duizenden rapportages van de analisten belanden in het interne zoek- en opslagsysteem ZOT, te vinden op een streng beveiligde ‘staatsgeheime computer’. Niemand houdt bij hoe lang al die gegevens worden bewaard. Voor het opslaan van de ruwe data voor de verslagen bestaat geen systeem. Filmpjes van preken, tweets en Instagram-posts, foto’s met personen die óók verdacht zijn: iedere analist bewaart ze op een eigen manier. Zo belanden persoonsgegevens van burgers willekeurig in eigen, soms geïmproviseerde archieven van analisten of ze mailen die naar zichzelf.

Dat de NCTV op gevoelige thema’s veel ruimte geeft aan de duiding door één persoon, leidt tot missers

Weet Pieter-Jaap Aalbersberg wie Harry van Duinen is? Na een stilte gaan zijn mondhoeken omlaag. „Een medewerker?” Hoeveel nepaccounts heeft de NCTV? „Dat weet ik niet en ik zou het ook niet vertellen.” Heeft hij wel eens in het zoek- en opslagsysteem gekeken? „Nee”. Hoe zit het met die knop naar ‘het vuile systeem’? Hij vraagt het na. Waarom een geheim systeem? „Als je zegt: de NCTV kijkt even met jullie mee, dan werkt het niet.”

„We kijken niet naar mensen”, zegt Aalbersberg. „We kijken naar uitlatingen van mensen”. Of, toch soms wel naar mensen, maar dan „breed”, of „kort-cyclisch”.

En: „Ik volg als coördinator toch ook allerlei mensen op Twitter?”

Het staat niet op één plek beschreven, maar hij stelt dat wat ze doen mag, door een combinatie van de taakomschrijving en het organisatiebesluit van de NCTV.

Denkt Bart Custers, hoogleraar law and data science aan de Universiteit Leiden, dat de NCTV bijvoorbeeld met nepaccounts burgers mag volgen? „Nee, dat mag niet. „Het gebruik van nepaccounts is werken onder dekmantel. De NCTV heeft die bevoegdheid niet. Als de overheid ongeoorloofd mensen gaat volgen, krijg je een politiestaat.”

Bijzonder hoogleraar inlichtingen en recht Jan-Jaap Oerlemans: „Als je heel regelmatig op iemands profiel kijkt als ambtenaar, dan ben je aan het volgen. Dan kan het stelselmatig worden. Als wij als samenleving willen dat de NCTV dat ook kan, dan moet dat in de wet worden vastgelegd.”

Mastodonten

Op 1 december 2020 volgen de analisten van de NCTV een videoworkshop. Ze krijgen een vraag voorgelegd: kan iemand van hen een voorbeeld geven van iets wat recent mis ging bij de NCTV?

Het antwoord is niet moeilijk. Anderhalve maand eerder meldde de NCTV in het Dreigingsbeeld dat een islamclub banden met salafisten onderhoudt. Dat dreigingsbeeld gaat meestal over terreurgroepen als IS. Nu wordt ineens een kleine, nieuwe Nederlandse club die zich ‘islamitische mensenrechtenorganisatie’ noemt, met naam vermeld.

Een misser, vinden sommige analisten. Waarom wordt deze club genoemd? Wat voor banden? En waarom schreef de salafisme-analist dat op zonder overleg?

Dan vaart Paul Abels uit tegen de man die dit voorbeeld heeft genoemd. „Wat een schándelijke aantijging!” roept hij. Tegen de salafisme-analist, bedoelt hij, niet tegen de islamclub.

NCTV-medewerkers vertellen over intimidatie en een onveilige werksfeer. „We moeten polarisatie voorkomen, terwijl de NCTV zelf gepolariseerd is”, zegt een ambtenaar.

Discussies worden met regelmaat per e-mail uitgevochten met de hele afdeling in de cc.

De leiding zou blind varen op een klein groepje analisten. De mannen houden informatie voor zich, delen het alleen met Abels en kaarten kwesties een-op-een met hem af, waar collega-analisten denken dat er nog discussie over gevoerd kan worden. Kritiek leidt onherroepelijk tot conflicten. Daarbij is de afloop steeds dezelfde. De ‘mastodonten’ of ‘cowboys’ blijven en hun critici – vaak vrouwen – vertrekken.

Over de belangrijkste extreem-rechtsanalist komen meerdere klachten binnen bij de leiding. Een mediation-traject tussen hem en twee vrouwen die zich ook met extreemrechts bezighouden, leidt tot het vertrek van een van hen, hij blijft.

Dat de NCTV op gevoelige thema’s veel ruimte geeft aan de duiding door één persoon, leidt ook tot missers. Zo staat in het Dreigingsbeeld van mei 2020 dat het extreemrechtse online landschap in Nederland „klein” is. Dit „belangrijke inzicht” zou onder meer blijken uit het feit dat slechts „een paar Nederlanders” lid zijn van een oud, internationaal extreemrechts forum.

Wat er níét bij staat, is dat de NCTV dan al geïnformeerd is over een groeiende groep rechtsextremisten die online zeer opruiende taal uitslaat en dat enkele medewerkers dat alarmerend vinden. De hoofdanalist haalde er zijn schouders over op, vertellen bronnen aan NRC.

Onterecht, blijkt. Een paar maanden later slaat de AIVD alarm over extreemrechtse online chatgroepen. Twee jongens worden gearresteerd wegens vermeende terreurplannen. Volgens het OM riepen ze op „complete families thuis” en „overheidsbeambten” te vermoorden.

Gebiedsverbod

Waar de extreemrechts-analist volgens bronnen de dreiging relativeert, zien de salafisme-analist en de Turkije-analist juist „achter iedere boom een ondermijnende salafist”, zegt een medewerker. Anderen onderschrijven dat.

De salafisme-analist werkt al vanaf de oprichting bij de NCTV. Als een van de weinigen spreekt hij Arabisch en hij weet veel van de islam. Over salafisme heeft de analist een uitgesproken mening: het is een levensgevaarlijke bedreiging voor Nederland. Dat uit hij waar hij kan.

De Haagse imam Fawaz Jneid is een salafistische prediker. Hij laat niet na in zijn preken islamcritici te vervloeken. In een rapportage die moet dienen als grondslag om de imam een gebiedsverbod in twee Haagse wijken op te leggen, haalt de analist een aansporing van Fawaz aan: „Strijd voor God met een toegewijde jihad.” Het citaat laat volgens de analist zien dat de imam oproept tot de gewapende strijd. Maar jihad betekent niet altijd geweld. Fawaz zegt in de passage erna dat deze strijd slechts „met je tong en je pen” gevoerd moet worden. Dat laat de analist weg. Collega’s wijzen hem erop dat woorden zo uit de context worden gehaald.

Als het gebiedsverbod verlengd moet worden, gebeurt iets dergelijks. Fawaz schrijft op Facebook dat homoseksuelen de woede en bestraffing van Allah verdienen. De analist interpreteert deze Facebookpost alsof Fawaz „moord op homoseksuelen” legitimeert. Daar geeft Fawaz zelfs impliciet „opdracht” toe, schrijft de analist in een vervolgrapportage. Het gebiedsverbod wordt verlengd.

Paul Abels en een mede-chef krijgen een ‘donkerrode’ beoordeling van hun personeel, vergelijkbaar met een rapportcijfer 2 of 3

De analist buigt zich ook over de islamitische hulporganisatie Salaam Foundation uit Eindhoven. In een weekbericht aan alle gemeenten schrijft de analist dat een inzamelingsactie van de stichting „vragen oproept” en „dubieus” is. De stichting heeft drie ton ingezameld voor een Marokkaans weeshuis. Dat is onmogelijk, schrijft de analist. „Feit van algemene bekendheid is [...] dat deze organisaties en hun achterban niet voldoende draagkrachtig zijn om een dergelijk bedrag bijeen te brengen.”

Als het bericht via media uitlekt, neemt de Salaam Foundation contact op met de NCTV. Ze biedt haar volledige administratie met alle donaties ter inzage aan. De NCTV weigert de stichting te ontvangen.

De politie huurt de salafisme-analist graag in wegens zijn kennis van het Arabisch en de islam. In grote onderzoeken helpt de analist met vertalingen. Zo heeft hij een dubbelfunctie die, volgens bronnen bij de politie, tot „ongewenste vermenging van rollen” kan leiden. Hoe scheidt de analist zijn kennis van politie-onderzoeken van zijn werk als NCTV-analist? Aalbersberg zegt dat daar geen afspraken over zijn gemaakt.

Enkele jaren geleden kreeg de salafisme-analist ruzie met een ambtenaar van het ministerie van Sociale Zaken. Ze hebben veel met elkaar te maken: de ambtenaar werkt voor een integratie-afdeling, die zich ook met salafisme bezighoudt. Toen hij in dienst kwam, informeerde hij zijn werkgever direct over een gebeurtenis in zijn familie. Zijn jongere broertje vertrok in 2013 naar Syrië, tot verdriet van het gezin dat er alles aan had gedaan hem tegen te houden. Uit een AIVD-screening kwamen geen bezwaren tegen zijn aanstelling naar voren.

Maar als de integratie-ambtenaar kritische vragen stelt over de analyses van de salafisme-expert, vertelt die ambtenaren over de familiegeschiedenis van de integratie-ambtenaar. De salafisme-expert weet daarvan door zijn werk als politievertaler. „Zijn broer is uitgereisd, ik heb zijn familie onder de tap gehad”, zegt de analist volgens vijf bronnen. „We kunnen hem niet vertrouwen.” Het leidt tot ruzies op de analyse-afdeling van de NCTV. De integratie-ambtenaar valt uit.

Vanaf 2017 vinden er mediation-trajecten plaats voor de „sfeer van wantrouwen” tussen de analisten en Sociale Zaken, zegt Aalbersberg, maar ook voor spanningen tussen de NCTV’ers onderling.

Besloten circuits

Paul Abels en een mede-chef krijgen een ‘donkerrode’ beoordeling van hun personeel, vergelijkbaar met een rapportcijfer 2 of 3, vertellen bronnen.

Nu moet de directie wel optreden. Een extern onderzoeksbureau licht de analyseafdeling door. Begin 2019 houdt de onderzoeker een presentatie voor de afdeling. Hij uit zijn zorgen over de inner circles op de werkvloer.

Niet lang daarna houdt de salafisme-expert zelf een presentatie over inner circles voor de afdeling. Hij vertelt waarom die besloten circuits of kliekjes juist goed zijn.

Aalbersberg noemt het logisch dat het af en toe „knettert” bij de analisten. „In het verleden maar ook recent” was sprake van „stevige wrijvingen” op de afdeling. De werkdruk is hoog en er staat nogal wat op het spel. In 2017 kwamen er ineens veel nieuwe medewerkers bij. Die botsten met oudgedienden. „De analyses zijn hun kindjes. Daardoor zijn ze kwetsbaar. Maar je moet je ook afvragen: is hun rol niet té bijzonder?” Van „aparte posities” van analisten is volgens hem geen sprake.

De Harry van Duinen-nepaccounts op Facebook, Twitter en Instagram verdwijnen direct nadat de NCTV dit artikel twee dagen voor publicatie onder ogen heeft gekregen

Aalbersberg wil „de bedrijfsvoering van de NCTV op orde brengen”. Hij zette een project Grondslagen op, over wat zijn medewerkers wel en niet mogen. Er komt een project Archivering over het opslaan en bewaren van gegevens. Een kwaliteitstraject voor betere analyses. Hij regelde mediation, verving mensen.

Sommige dingen kunnen echt niet meer, zegt hij. Zoals het monitoren en duiden van personen, op verzoek van gemeenten. „Dat is er vaak op gericht om iemand in beeld te brengen.” Dat heeft de NCTV nu, na jaren, opgeschort. „Daar was onvoldoende grondslag voor.”

Aalbersberg vat samen: „De NCTV zit in een pre-adolescentiefase.”

De analist tegen wie chef Paul Abels hard uitviel tijdens de videoworkshop mailt kort erna aan alle deelnemers wat hij had bedoeld.

Hij vindt dat zij, de analisten, „zorgvuldiger moeten zijn” met het vermelden van groepen in het Dreigingsbeeld.

Nog een mail, van Paul Abels, een klein half uur later. Hij biedt alle deelnemers van de workshop zijn excuses aan voor zijn uitval „met enig schaamrood op de kaken”. Hij legt uit dat de analist „een gevoelige snaar” raakte. Abels zag diens kritiek „als een aanval op een collega [...].”

Op 15 december 2020 kondigt de personeelsdirecteur aan dat Abels „met ingang van heden” een andere baan heeft. Abels wordt decaan bij de NCTV Academie, een functie die nog niet bestond.

De Harry van Duinen-nepaccounts op Facebook, Twitter en Instagram verdwijnen direct nadat de NCTV dit artikel twee dagen voor publicatie onder ogen heeft gekregen.


Illustraties Martien ter Veen.