zondag 18 februari 2024

‘Nederland zakt met steun aan Israël door morele ondergrens’

 





INTERVIEWANGÉLIQUE EIJPE

‘Nederland zakt met steun aan Israël door morele ondergrens’

Angelique Eijpe trok demissionair minister van Buitenlandse Zaken Hanke Bruins Slot aan haar jasje over het buitenlandbeleid.  Beeld Marwan Magroun
Angelique Eijpe trok demissionair minister van Buitenlandse Zaken Hanke Bruins Slot aan haar jasje over het buitenlandbeleid.Beeld Marwan Magroun

Oud-diplomaat Angélique Eijpe werkte nota bene aan een programma dat ‘diversity of thought’ moest bevorderen op Buitenlandse Zaken. Maar toen de Gaza-oorlog uitbrak, merkte ze dat daar geen ruimte voor was. Ze nam ontslag en demonstreert nu wekelijks voor de deur van het ministerie.

Marjolein van de Water en Monique van Hoogstraten

Op vrijdag 13 oktober loopt Angélique Eijpe (51) naar de zevende verdieping van het ministerie van Buitenlandse Zaken in Den Haag. Eijpe, dan nog werkzaam als diplomaat, vraagt de secretaresse van Hanke Bruins Slot of de demissionair minister vijf minuten tijd voor haar heeft.

Eerder die dag heeft het Israëlische leger vanuit de lucht pamfletten boven noordelijk Gaza verspreid, met de oproep aan bewoners om hun huizen te verlaten. Israël heeft Gaza sinds de aanval van Hamas hevig gebombardeerd, en het afgesloten van water, voedsel en elektriciteit. Prominente Israëliërs hebben openlijk opgeroepen tot etnische zuivering, mensenrechtenorganisaties slaan alarm over vermeende oorlogsmisdaden.

Over de auteurs

Marjolein van de Water is verslaggever van de Volkskrant, en schrijft over asiel, migratie, religie en de multiculturele samenleving. Eerder was ze correspondent in Latijns-Amerika en chef van de buitenlandredactie.

Monique van Hoogstraten is buitenland- en eindredacteur van de Volkskrant. Eerder was ze correspondent in Israël en de Palestijnse gebieden.

Terwijl honderdduizenden Gazanen halsoverkop zuidwaarts vluchten, besluit Eijpe de minister aan haar jasje te trekken. ‘Ze was pas enkele weken eerder aangetreden, ik wist niet hoe groot haar dossierkennis over het Midden-Oosten was’, aldus Eijpe. ‘Ik wilde haar vertellen dat ze de Israëlische oproepen tot etnische zuivering serieus moest nemen, en vragen de onvoorwaardelijke steun aan Israël te herzien.’

Op dat moment is Eijpe nog vol vertrouwen. Bruins Slot had bij haar aantreden immers gezegd dat haar deur altijd openstond voor medewerkers met zorgen over het buitenlandbeleid. Niets wijst er nog op dat Eijpe enkele weken later uit gewetensnood ontslag zal nemen, en dat ambtenaren van Buitenlandse Zaken (BZ) voor het eerst in de geschiedenis de straat op zullen gaan om hun onvrede met het beleid te uiten.

Eijpe is als jurist gespecialiseerd in internationaal recht en mensenrechten. Voor BZ werkte ze begin deze eeuw in de Palestijnse gebieden, later werd ze onder meer beleidsmedewerker Midden-Oosten en plaatsvervangend ambassadeur in Oman. Vanaf 2020 coördineerde ze eerst een programma voor sociale veiligheid, daarna kreeg ze de taak om het ‘diversity of thought’-programma vorm te geven.

U bent al jaren niet meer betrokken bij het Midden-Oostenbeleid. Waarom voelde u zich geroepen om de minister te vragen haar beleid te herzien?

‘Op 7 oktober verklaarde Mark Rutte, direct na de aanval van Hamas, dat Nederland onvoorwaardelijk achter Israël staat. Dat was een politiek besluit, zonder beleidsafstemming vooraf. Ik begrijp best dat Rutte snel een verklaring wilde afgeven, maar daar had hij niet meteen beleid aan hoeven te koppelen.

‘Daarna zijn er signalen geweest van ambtenaren, bijvoorbeeld toen Israël zijn eigen oorlogsmisdaad aankondigde door Gaza af te sluiten van voedsel en water. Maar ik wist niet of die signalen de minister hadden bereikt, de ambtelijke reflex om dit soort zaken voor te leggen wordt soms getraineerd.’

Wat bedoelt u met ‘getraineerd’?

‘Dat de ambtelijke top bepaalde zaken niet altijd doorspeelt aan de minister. Ze adviseren op basis van wat ze denken dat de minister wil horen. Ook de commissie-Davids, die onderzoek deed naar de besluitvorming rond de inval in Irak, stelde dit probleem vast.’

Eijpe stuit bij haar gang naar Bruins Slot op haar secretaresse, die haar doorverwijst, waarna ze uiteindelijk uitkomt bij het secretariaat van de secretaris-generaal, dat haar aanraadt een mail te sturen. ‘Excellentie, Beste Hanke’, schrijft Eijpe diezelfde middag. ‘Op dit moment voltrekt zich in Gaza voor onze ogen een aangekondigde genocide.’

In haar mail uit Eijpe haar ‘morele zorg’ over het Nederlandse beleid, en stelt dat ‘deze opstelling diametraal tegen onze kernwaarden en het internationaal humanitair recht staat’. Eijpe vraagt de minister het beleid te heroverwegen, ‘onder andere om te voorkomen dat over een x-aantal jaar door een enquêtecommissie de conclusie wordt getrokken dat we hier een genocide hebben gesteund’.

Waarom koos u voor het woord ‘genocide’?

‘Die intentie van de Israëlische leiders was al na een paar dagen duidelijk. De minister van Defensie sprak over Gazanen als menselijke dieren, premier Netanyahu verkondigde zonder schroom dat heel Gaza in een ruïne zou veranderen. Mijn gebruik van het woord was geen juridische evaluatie van een realiteit die al vorm had gekregen, het was een reflectie van die onverbloemde intentie.’

Wat was de reactie van de minister?

‘Die heb ik nooit gekregen. De secretaris-generaal reageerde wel. Hij mailde dat hij begreep dat het een moeilijke tijd voor me is. ‘De beelden, en wat je hoort van familie en vrienden moeten heel zwaar voor je zijn’, schreef hij. Maar hij vond ook dat ik ten onrechte om een gesprek met de minister had gevraagd. Ambtelijke tegenspraak is volgens hem voorbehouden aan degenen die werkzaam zijn op het betreffende dossier.’

Eijpe is stomverbaasd over dit antwoord. Ze heeft nota bene zelf, op verzoek van de ambtelijke top, een programma vormgegeven dat ruimte moet creëren voor tegenspraak bij BZ. ‘Het doel van het diversity-of-thought-programma was dat medewerkers zich veilig zouden voelen om ‘Z’ te zeggen, terwijl anderen of de minister ‘A’ zeggen’, legt Eijpe uit. ‘Iedereen moest zijn of haar mening durven uiten, en niet alleen bij het koffiezetapparaat.’

In een lange mail antwoordt Eijpe: ‘Ik moet de laatste dagen veel denken aan Hannah Arendt en het concept van de banaliteit van het kwaad.(...) Ik weiger een spreekwoordelijk radertje te zijn in een systeem dat oogluikend oorlogsmisdaden toestaat.’

‘Zowel anderen als ikzelf hebben sinds het begin van deze eeuw op verschillende momenten de nek uitgestoken om erop te wijzen dat de huidige beleidslijn onhoudbaar en zeer risicovol is’, schrijft ze verder. ‘Wellicht ook goed om te onderzoeken waarom het zo ingewikkeld was om voor die geluiden ruimte te bieden, ernaar te luisteren en er iets mee te doen.’

U heeft in 2017 twee jaar onbetaald verlof genomen om de ngo One State Foundation op te richten. Die wil de steun vergroten voor een eenstaatoplossing waarin Palestijnen en Israëliërs gelijke rechten hebben. Botste dit niet met uw werk als diplomaat?

‘Ik ben altijd transparant geweest over mijn nevenactiviteiten. Ik heb bij BZ gezegd dat ik vanwege mijn werk voor One State Foundation niet meer op het Midden-Oostendossier kon of wilde werken.’

Toch bemoeide u zich de afgelopen maanden met het Midden-Oostenbeleid.

‘Ik heb mijn zorgen geuit vanuit mijn expertise als internationaal jurist. Omdat ik ervan overtuigd ben dat ik als BZ-ambtenaar de plicht heb aan de bel te trekken over oorlogsmisdaden, en in de veronderstelling was dat tegenspraak wordt aangemoedigd.’

Eijpe is niet de enige met gewetensnood. De leiding organiseert daarom luistersessies, waarin ambtenaren mogen vertellen over de emoties die de situatie in Gaza bij hen oproept. Het is daarbij uitdrukkelijk niet de bedoeling om het inhoudelijk over het beleid te hebben. Op 20 oktober schrijven 350 ambtenaren daarom een brief aan Bruins Slot. Ze roepen haar dringend op een andere koers te varen. Ongeveer tegelijkertijd verschijnt een rijksbrede brief met eenzelfde strekking, ondertekend door tweehonderd ambtenaren van andere ministeries.

Bruins Slot publiceert enkele dagen later een reactie op intranet. ‘We werken dag en nacht aan de meest efficiënte respons’, schrijft ze. ‘Door de terreur van Hamas te veroordelen en solidariteit te tonen met Israël, en door te onderstrepen dat het recht op zelfverdediging in overeenstemming met het internationaal humanitair recht moet worden uitgeoefend.’

De minister benadrukt dat iedereen ‘rolvast’ moet blijven. ‘Wij vragen jullie om de collega’s die werken aan de beleidsadvisering op dit onderwerp ruimte en vertrouwen te geven. Ook andersdenkenden moeten de officiële lijn uitdragen. ‘Zo werkt onze democratie’, schrijft Bruins Slot. ‘Dat kan persoonlijk lastig zijn, maar het is wel een onlosmakelijk aspect van het ambtenaar zijn en van ambtelijk vakmanschap.’

Bruins Slot heeft een punt. Ambtenaren moeten het beleid uitvoeren dat door de democratisch gekozen regering is bepaald.

‘Als BZ-ambtenaar heb je de taak je minister van goed advies te voorzien. Als de minister voor slecht beleid kiest, dan wijs je daarop. Als de minister ook na drie keer waarschuwen niet luistert, dan moet je je daarbij neerleggen en het beleid uitvoeren. Dat is ambtelijk vakmanschap.

‘Ik heb 21 jaar bij BZ gewerkt en altijd het beleid uitgevoerd, ook als ik het er soms niet mee eens was. Maar er is een morele ondergrens.’

Waar ligt die ondergrens?

‘Wat als wij morgen een kabinet hebben dat zegt dat alle mensen met rood haar moeten worden uitgezet? Is het ambtelijk vakmanschap om dat loyaal uit te voeren?

‘De Grondwet is leidend, daarop hebben we onze eed afgelegd. In artikel 90 van de Grondwet staat dat we het internationaal recht respecteren, en dat dit recht het kader vormt van ons buitenlandbeleid. Israël pleegt oorlogsmisdaden, Nederland faciliteert dat door onvoorwaardelijke steun uit te spreken en door wapenonderdelen te leveren. Daar zakken we door een morele ondergrens.’

Israël maakt zich met de bouw van nederzettingen op de bezette Westelijke Jordaanoever al heel lang schuldig aan schendingen van het internationaal recht. Waarom was uw morele ondergrens niet al eerder bereikt?

‘Het gaat hier niet om het optreden van Israël, maar om de reactie van Nederland. In het verleden uitte Nederland nog zijn zorgen over schendingen door Israël. Weliswaar zonder daar consequenties aan te verbinden, maar toch. Nu schaart Nederland het Israëlische optreden onder het recht op zelfverdediging.’

De ambtenaren die de brief aan Bruins Slot hebben ondertekend, laten de minister eind november weten teleurgesteld te zijn in haar reactie. ‘Ambtelijk vakmanschap (...) was juist de aanleiding voor het schrijven van onze brief’, laten ze haar weten. ‘Wij betreuren het dat u zorgen over het selectief toepassen van beleid en naleving van artikel 90 van de Grondwet afdoet als ‘persoonlijke opvattingen’.’

Als er beelden uit Gaza komen van zes vroeggeboren baby’s die in het Al-Shifa-ziekenhuis in hun couveuses zijn gestorven door gebrek aan elektriciteit, besluit Eijpe haar ontslagbrief te schrijven. ‘Er is sprake van een dubbele maatstaf’, vindt ze. ‘Bij Oekraïne spraken we wel meteen van oorlogsmisdaden.’

Eijpes contract eindigt op de laatste dag van 2023, op de valreep organiseert ze op 21 december een demonstratie voor de deur van het ministerie. Tijdens hun lunchpauze gaan tientallen BZ-ambtenaren naar buiten, en roepen de regering op in te zetten op een staakt-het-vuren in Gaza. Sindsdien demonstreren ze elke donderdag, samen met ambtenaren van andere departementen en oud-diplomaten.

Rijksambtenaren tijdens een sit-in bij het ministerie van Buitenlandse Zaken. Opvallend veel vrouwen hebben de moed zich uit te spreken. Beeld David van Dam / de Volkskrant
Rijksambtenaren tijdens een sit-in bij het ministerie van Buitenlandse Zaken. Opvallend veel vrouwen hebben de moed zich uit te spreken.Beeld David van Dam / de Volkskrant

Eijpe mobiliseert daarnaast achthonderd kritische ambtenaren uit onder meer de Verenigde Staten, Brussel en Groot-Brittannië. ‘Het is onze plicht ons uit te spreken als het beleid van onze regeringen verkeerd is’, aldus de titel van de gezamenlijke brief die zij begin deze maand aan hun regeringen schreven.

De oorlog raakt u persoonlijk. Uw ex-partner, de vader van uw kinderen, is Palestijns. Speelt dat een rol?

‘Sinds 7 oktober heeft mijn ex-man 27 familieleden verloren in Gaza. Zijn schoonzusje is met drie van haar kinderen gedood bij een bombardement. Natuurlijk raakt me dat en speelt dat mee. Maar ik vind het zeer problematisch dat mijn zorgen worden geframed als emotioneel, ook door leidinggevenden op het ministerie. Ja, ik ben de ex-vrouw van een Palestijn, maar ik heb ook expertise op dit onderwerp.’

Waarom denkt u dat Nederland Israël blijft steunen?

‘Dat is de vraag die ik ook in mijn ontslagbrief heb gesteld. Wat is het nationaal belang? We verliezen onze geloofwaardigheid als hoofdstad van het internationaal recht, en als voorvechter van mensenrechten.

‘Een reden is dat op het ministerie nog altijd het klassieke realpolitieke machtsdenken dominant is. Amerika als onze trans-Atlantische partner waar we op moeten rekenen. Israël wordt dan puur strategisch bekeken.’

Wat is daar mis mee?

‘Dat denken in macht en kracht wordt vaak realisme genoemd door de aanhangers ervan, maar voor mij schuilt er juist de ultieme vorm van naïviteit in: het denken dat je onderdrukking tot in de gloria kunt managen zonder dat daar repercussies aan verbonden zijn. Die bubbel is duidelijk gebarsten op 7 oktober. En de reactie is weer even naïef: we laten toe dat Israël met nog meer geweld terugslaat, omdat we denken dat we zo een nieuwe 7 oktober kunnen voorkomen.

‘Ik ben ervan overtuigd dat onderdrukking, racisme, ongelijkheid of rechteloosheid vroeg of laat tot gewelddadig verzet zal leiden. De enige manier om dat te voorkomen is een einde te maken aan die realiteit. Dat is écht realisme.’

Hoe zou dat er in de praktijk uit moeten zien?

‘Onze regering en ook internationaal blijft iedereen zich verschuilen achter het mantra van de tweestatenoplossing. Maar iedereen die dit dossier kent, weet dat die weg is doodgelopen.

‘We moeten dus allereerst het taboe doorbreken en gaan praten over alternatieven voor de tweestatenoplossing. Daarbij moeten we erkennen dat er een diametraal machtsonevenwicht is tussen Israël en de Palestijnen, zowel economisch als militair en diplomatiek. Het is een illusie om te denken dat er een compromis uit kan komen als we deze twee ongelijkwaardige partijen met elkaar om tafel zetten.

De ambtenaren die zich uitspreken tegen het beleid vormen nog altijd een minderheid.

‘De kritiek is breed gedeeld. Tegelijkertijd zijn veel mensen terughoudend om zich uit te spreken. Ik weet dat heel veel ambtenaren zich afvragen: waar zijn we mee bezig? Iets anders is meedoen aan een sit-in. Opvallend is wel dat het met name vrouwen zijn die de moed hebben zich uit te spreken.’

Sit-in voor een staakt-het vuren in Gaza bij het ministerie van Buitenlandse Zaken.  Beeld David van Dam
Sit-in voor een staakt-het vuren in Gaza bij het ministerie van Buitenlandse Zaken.Beeld David van Dam

Maandag 12 februari zit Eijpe op de publieke tribune van de rechtszaal in Den Haag, voor het hoger beroep over de vraag of Nederland F-35-onderdelen mag leveren aan Israël. Het hof oordeelt dat er een duidelijk risico bestaat dat met de F-35’s ernstige schendingen van het humanitaire oorlogsrecht worden gepleegd in de Gazastrook. ‘Bij de aanvallen door Israël zijn disproportioneel veel burgerslachtoffers gevallen’, aldus de rechter.

Dus besluit het hof, wijzend op internationale verdragen, dat Nederland de leveringen direct moet stoppen. ‘De rechter heeft gehakt gemaakt van de opstelling van de Nederlandse staat’, aldus Eijpe. Ze heeft heel even hoop: ‘Ik dacht: als ze niet naar het ambtelijk apparaat luisteren, dan in ieder geval naar de rechter.’

Maar drie uur na de uitspraak twittert Geoffrey van Leeuwen, demissionair minister Buitenlandse Handel, dat de staat in cassatie gaat.

Denkt u dat u ooit nog terugkeert bij BZ?

‘Na dit interview zijn die kansen definitief verkeken’, zegt Eijpe lachend. ‘Maar serieus, ik vond het heel jammer om te vertrekken, dat heb ik ook in mijn ontslagbrief geschreven. Maar het was niet meer houdbaar.

‘Het gaat niet alleen om Gaza. Mijn laatste taak bij het ministerie was om meer ruimte te maken voor tegenspraak. Maar uit deze hele gang van zaken blijkt hoe ingewikkeld of zelfs onmogelijk dat is op momenten dat het echt schuurt. Terwijl het juist dan zo belangrijk is.’

De brieven en e-mails waarvan in dit artikel sprake is, zijn in bezit van de Volkskrant.

REACTIE MINISTERIE VAN BZ

Het ministerie van Buitenlandse Zaken laat in een ­reactie weten dat ‘de discussie in de samenleving over het conflict tussen Israël en Hamas begrijpelijkerwijs ook wordt gevoerd in ons departement. Daar bieden we ruimte voor, via onder meer bijeenkomsten en ­luistersessies. We roepen mensen op het gesprek te ­blijven voeren. Daarnaast stimuleren we ambtelijke ­tegenspraak, opdat iedereen op zijn of haar beleids­terrein vrijuit professionele inbreng kan leveren. ­Angélique Eijpe was niet werkzaam op het betreffende dossier dus een gesprek met de minister ligt dan niet voor de hand. Op een uitnodiging van de secretaris-­generaal voor een gesprek met hem is zij niet ingegaan.


https://www.volkskrant.nl/binnenland/nederland-zakt-met-steun-aan-israel-door-morele-ondergrens~beea4fa8/#:~:text=In%20artikel%2090%20van%20de,we%20door%20een%20morele%20ondergrens.'

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.